Hoe ver heb jij jezelf uit een onveilige en onzekere buitenwereld teruggetrokken?

 

 
 
 
Hoe meer vertrouwen je in jouw buitenwereld hebt, hoe zekerder en veiliger jij je er voelt, en hoe grager je in je buitenwereld komt.
Loop je in je buitenwereld aan tegen onzekerheden, risico’s, bedreigingen of gevaren, dan kan dat bezorgdheid, ongerustheid, angst, twijfel, onzekerheid of paniek bij je oproepen.
En als je vaak of een lange tijd bang voor je buitenwereld bent, dan kun je jezelf steeds meer gaan terugtrekken uit je buitenwereld: eerst steeds meer in je huis, dan in jezelf en vervolgens in iets buiten je dagelijkse leven.
In dit artikel ontdek je in welke fases dat in mijn ogen kan gebeuren en in welke fase jij op dit moment zit.

 

Terugtrek-fase 1: in je fantasiewereld

Vind je het buitenshuis te onzeker, te riskant, te bedreigend of te gevaarlijk, dan kun je jezelf ongemerkt gaan terugtrekken in je fantasiewereld.
Voordat je iets gaat doen of ervaren, fantaseer je dan eerst wat er allemaal mis kan gaan, hoe je die dingen kunt voorkomen en wat je het beste kunt doen als ze toch gebeuren.
“Hoe beter ik mezelf voorbereid op het nieuwe en onbekende dat er aan gaat komen, hoe meer het alleen maar kan meevallen” denk je dan bij jezelf.

 

Terugtrek-fase 2: in je gedachtenwereld

Kom je er zelf steeds maar niet uit hoe je het beste om kunt gaan met al die onzekerheden, risico’s, bedreigingen en gevaren die je jezelf steeds voor de geest haalt, dan kun je jezelf ongemerkt gaan terugtrekken in je gedachtenwereld.
Je probeert dan zoveel mogelijk kennis op te doen om jezelf in alle nieuwe en onbekende situaties te kunnen redden. Bijvoorbeeld door boeken te lezen, cursussen te volgen, of jezelf te verdiepen in survival, wetenschap, filosofie of spiritualiteit.
Je zoekt dan houvast en duidelijkheid in alle onveilige en onzekere situaties die je kunt tegenkomen. En een stappenplan voor élke gebeurtenis die jou ongerust, bezorgd, onzeker, twijfelend of angstig maakt is je ideaal.

 

Terugtrek-fase 3: in groepen mensen

Kom je er zelf na alle moeite die je gedaan hebt nog steeds niet uit wat je in onveilige en onzekere situaties het beste kunt doen, dan kun je jouw zelfvertrouwen verliezen. En het gevoel krijgen dat je er dan maar op moet vertrouwen dat andere mensen jou de veiligheid en zekerheid gaan geven die je zoekt (“Samen staan we sterk!”).
Je vraagt bij alle nieuwe en onbekende dingen die je gaat doen de mensen on je heen om raad en tips, zoekt steun bij je familie of vrienden, zoekt steun bij sterke of invloedrijke mensen, zoekt steun bij andere mensen die in een soortgelijke situatie zitten (lotgenoten), of je zoekt steun bij groepen mensen die beloven dat ze je kunnen helpen (b.v. met survival, zelfverdediging, een geloof, een spirituele leer of een filosofie). En je trekt je dan steeds meer terug in het gezelschap van anderen: alleen in hun gezelschap of alleen na met hen gesproken te hebben durf je de buitenwereld in te gaan.

 

Terugtrek-fase 4: in je huis

Verlies je op een gegeven moment ook het vertrouwen in andere mensen, dan kun je jezelf ongemerkt steeds meer gaan terugtrekken in je huis. Daar is het voor je gevoel een stuk veiliger dan buitenshuis en daar heb je, zo zonder partner, meer grip op wat er gebeurt dan buitenshuis.
Je beschermt je huis dan tegen alle mogelijke risico’s: bijvoorbeeld tegen verval door veel te klussen, tegen verwaarlozing door veel het huishouden te doen of te tuinieren, tegen rommel door veel op te ruimen, tegen vuil door veel schoon te maken, en tegen schade door alles goed op te bergen of veel verzekeringen af te sluiten.
Wat je niet alleen een veilig en zeker gevoel geeft, maar ook het gevoel dat er wel degelijk iets is in je leven waar je grip op hebt.
Heb je voor je gevoel te weinig invloed op je eigen huis (bijvoorbeeld omdat je afhankelijk bent van je huisbaas of medebewoners), dan kun je de drang krijgen om te verhuizen.
Heb je wel genoeg invloed op je (nieuwe) huis, dan kan het zijn dat je op den duur alleen nog maar naar buiten komt als het echt niet meer anders kan (bijvoorbeeld als je dringend boodschappen moet doen of moet werken).

 

Terugtrek-fase 5: in je lichaam

Voel jij je ondanks al je eigen inspanningen maar niet veilig genoeg in je huis (bijvoorbeeld in een onveilige buurt), dan kun je jezelf ongemerkt gaan terugtrekken in je lichaam.
Je beschermt je lichaam dan tegen alle mogelijke risico’s, zoals honger, dorst, ziekte (b.v. door gezond te eten, voedingssupplementen te nemen of regelmatig te bewegen), kwalen, dikker worden (door te diëten, en desnoods door je zelf uit te hongeren), kritiek (b.v. door veel met je uiterlijk bezig te zijn), ouderdom (desnoods via plastische chirurgie), uitputting (b.v. door op tijd naar bed te gaan, regelmatig te leven of veel te sporten), blessures, verwondingen en kou.
Wat je niet alleen een veilig en zeker gevoel geeft, maar ook het gevoel dat er wel degelijk iets is in je leven waar je grip op hebt (“Als ik mijn eigen lichaam al niet eens meer onder controle krijg, wat dan nog wel?”).

 

Terugtrek-fase 6: in je herinneringswereld

Krijgt je lichaam teveel last van bijvoorbeeld ziektes, kwalen, ouderdom, dikheid, blessures, verwondingen, kritiek of mishandeling, dan kun je jezelf onveilig gaan voelen in je lichaam en je ongemerkt gaan terugtrekken in je herinneringswereld.
Want in je verleden zijn misschien nog wel situaties te vinden waarin jij je veilig en zeker (genoeg) voelde in je lichaam, je huis of je buitenwereld.
En die geruststellende herinneringen aan veiligheid en zekerheid in je verleden probeer je zoveel mogelijk en zo lang mogelijk te koesteren, zodat jouw angst en onzekerheid in het heden wat meer op de achtergrond raken.

 

Terugtrek-fase 7: in je fantasiewereld

Heb je te weinig herinneringen aan veilige en zekere situaties in je verleden, of sussen herinneringen aan een veilig verleden niet langer meer je angst en onzekerheid in het heden, dan kun je jezelf ongemerkt gaan terugtrekken in je fantasiewereld.
Want als je fantaseert weet je vooraf altijd precies wát er gaat gebeuren en hoe (de ultieme zekerheid), en in je fantasiewereld kun je alle risico’s, bedreigingen en gevaren uitbannen door er gewoon niet over te fantaseren (de ultieme veiligheid).

 

Terugtrek-fase 8: in een spirituele wereld

Botst je fantasiewereld teveel met je dagelijkse werkelijkheid, of vind je dat je jezelf voor de gek houdt door steeds te fantaseren, dan kun je ongemerkt op zoek gaan naar een spirituele wereld en je daarin terugtrekken (bijvoorbeeld door te mediteren, te visualiseren of te channelen).
In de hoop dat je op die manier in contact komt met bijvoorbeeld engelen, gidsen, je Hoger Zelf, een Groter Geheel of het Al-Wat-Is, die jou de steun, hulp, duidelijkheid, bevestiging en tips kunnen geven waar je zo naar hunkert en zoekt.
Of in de hoop dat je erachter komt waarom de spirituele wereld jou al die onzekere en beangstigende gebeurtenissen toch steeds laat doormaken (of ze in ieder geval niet tegenhoudt), en wat je kunt doen om de spirituele wereld zover te krijgen dat ze die gebeurtenissen niet meer nodig vindt of ingrijpt.
 

Hoe je als vrijgezel het zelfvertrouwen opbouwt dat jij je prima kunt redden, zelfs tijdens onverwachte of oncomfortabele gebeurtenissen

 

 
 
 
Als vrijgezel moet je het uiteindelijk toch in je eentje zien te redden, zonder dat je daarbij kunt terugvallen op een partner. Hoeveel adviezen, steun of hulp je daarbij misschien ook van je omgeving krijgt.
Dat lukt jou alleen maar als je genoeg vertrouwen hebt dat je dat zelf (met vallen en opstaan) voor elkaar krijgt: anders ontmoedig je jezelf al voordat je bent begonnen, trek je jezelf steeds in twijfel, en geef je jezelf regelmatig op je kop dat je het niet goed genoeg of niet snel genoeg doet.
Genoeg zelfvertrouwen is dan ook een noodzakelijke voorwaarde om zelfredzaam te kunnen zijn als vrijgezel!

Maar hoe bouw je dat zelfvertrouwen eigenlijk op?
Nou, door het onderscheid te leren maken tussen dingen die je zelf niet kunt veranderen en dingen waar je zelf juist wel invloed op hebt.
Elke gebeurtenis (hoe oncomfortabel, ingewikkeld, hefig of ingrijpend ook) bestaat uit aspecten waar je geen invloed op hebt en uit aspecten waar je wel degelijk (een kleine) invloed op hebt.
Staar jij je blind op de onveranderlijke aspecten van een gebeurtenis, dan voel jij je een slachtoffer van de situatie: je voelt je machteloos, raakt gefrustreerd, raakt verbitterd, probeert wraak te nemen, of wacht de rest van je leven totdat een bepaald iemand eindelijk tot inkeer komt en zijn of haar excuses aanbiedt.
Richt jij je daarnaast ook op de beïnvloedbare aspecten van een gebeurtenis, dan krijg je hoop, ga je meer in je kracht staan, zie je steeds meer mogelijkheden om met de gebeurtenis om te gaan, en voel je meer en meer innerlijke rust.

Over het algemeen heb je geen invloed op mensen en dingen in je buitenwereld.
Een stoplicht springt bijvoorbeeld gewoon op rood, of je dat nou wel of niet wil. Mensen zijn zoals ze zijn: ze veranderen alleen maar als ze daar zelf achter staan. Kijk bijvoorbeeld maar naar (je) kinderen.
En op alles wat er in je verleden gebeurd is, heb je ook geen enkele invloed meer: je kunt je verleden niet meer terugdraaien of ongedaan maken.
Dingen en mensen die je niet (meer) kunt veranderen, kun je alleen nog maar leren accepteren. Daarmee bedoel ik: leren aanvaarden dat ze zijn zoals ze zijn, en dat ze een gegeven (een feit) zijn, hoeveel pijn dat jou misschien ook doet.
In plaats van te blijven ontkennen dat ze zo zijn, tegen beter weten in te blijven hopen dat ze alsnog veranderen, je maar te blijven verzetten tegen hoe ze zijn, jezelf of de ander maar verwijten te blijven maken, of maar te blijven fantaseren over hoe het anders had kunnen gaan.

Gebeurd is gebeurd, punt.
Maar gelukkig zijn er altijd ook nog wel aspecten waar je wel degelijk invloed of grip op hebt.
In ieder geval de manier waarop je zelf met de gebeurtenis omgaat.
Je kunt er namelijk voor kiezen om:

  • Jezelf een luisterend oor te bieden
  • Jezelf met raad en daad bij te staan
  • Jezelf de tijd en ruimte te geven om de gebeurtenis te verwerken
  • Onderscheid te maken tussen wat er feitelijk gebeurd is en hoe jij dat zelf interpreteert (we vullen zelf meer dingen in dan we denken)
  • Niet alleen te kijken naar wat er misging maar ook naar wat er goed ging
  • Niet alleen naar de nadelen te kijken maar ook naar de (kleine) voordelen
  • Jezelf het gebeuren niet onnodig persoonlijk aan te trekken
  • Jezelf niet onnodig de schuld te geven
  • Niet tegen jezelf te keer te gaan
  • Na te gaan welke behoeftes van jou door het gebeuren niet vervuld zijn (door deze onvervulde behoeftes voel jij je onprettig)
  • Andere manieren te zoeken om je onvervulde behoeftes alsnog te vervullen (hierdoor ga je eerder oplossingen en veranderingen aantrekken)
  • Ook naar je eigen aandeel in het gebeuren te kijken (dat plaatst alles meer in perspectief)
  • Het gebeuren ook door de ogen van de ander(en) te bekijken (dat neemt onnodige verwijten weg)
  • Te kijken op welke andere manieren je eveneens tegen het gebeuren aan zou kunnen kijken (daardoor krijg je meer zicht op nieuwe mogelijkheden en oplossingen)
  • Te kijken wat je van het gebeuren kunt leren
  • Te kijken welke nieuwe dingen je door dit gebeuren over jezelf te weten bent gekomen (tijdens onprettige gebeurtenissen leer je weer een hele andere kant van jezelf kennen dan tijdens prettige gebeurtenissen)
  • Te kijken in hoeverre je dit gebeuren zelf hebt aangetrokken (wat we uitstralen, bepaalt welke mensen en gebeurtenissen er op ons pad komen)

Daarnaast kun je er ook altijd nog voor kiezen hoe je in je buitenwereld gaat reageren op het gebeuren (wat je precies gaat zeggen en doen):

  • Geef je aan wat het gebeuren met je doet (hoe jij je daarbij voelt)?
  • Geef je aan waar je behoefte aan hebt?
  • Probeer je het gebeuren uit te praten?
  • Probeer je een gezamenlijke oplossing te vinden?
  • Kom je voor jezelf op?
  • Geef je jouw grenzen aan?
  • Trek je een streep “Tot hier en niet verder”?
  • Ga je dingen doen om de schade te beperken?
  • Ga je dingen doen om herhaling te voorkomen?
  • Ga je ervoor zorgen dat dit minder vaak kan gebeuren?
  • Ga je kijken wat je kunt doen om dit gebeuren de volgende keren draaglijker voor jezelf te maken?
  • Ga je met iets of iemand stoppen (bijvoorbeeld een andere afdeling, een ander bedrijf, een ander huis of een andere woonplaats)?
  • Ga je dingen op een andere manier aanpakken? Zolang je dingen op dezelfde manier blijft doen, houd je dezelfde soort resultaten en uitkomsten.
  • Ga je steun, hulp, advies of een luisterend oor zoeken bij anderen?
  • Richt jij je meer op je mogelijkheden en je kansen, in plaats van je steeds te laten weerhouden door de risico’s, gevaren en bedreigingen?

Dus je ziet het: er zijn hoogstwaarschijnlijk veel meer mogelijkheden dan je denkt als je jezelf alleen probeert te redden, en daarbij tegen onverwachte of oncomfortabele gebeurtenissen aanloopt.
En hoe meer van deze mogelijkheden je in de loop van de tijd leert te zien, hoe meer uitzicht op verandering je in dat soort situaties gaat krijgen, hoe hoopvoller en daadkrachtiger je wordt, en hoe meer vertrouwen je krijgt dat jij jezelf prima alleen kunt redden …
 

Hoe een gevoel van machteloosheid toen je partner jou dumpte je leven onnodig kan beheersen, en wat je daaraan kunt doen

 

 
 
 
Op het moment dat je partner het met jou uitmaakte (jou dumpte), voelde jij je onbewust onmachtig, machteloos, kwetsbaar of zwak.
Jouw partner bepaalde zelfstandig en eigenhandig dat ie jou of de relatie niet meer wilde, en gooide jou dat als mededeling voor de voeten.
En door dat te doen, ontnam ie jou de mogelijkheid om nog verder te gaan met deze relatie en om er samen nog wat moois van te maken. Jullie relatie en jullie gezamenlijke toekomstplannen spatten in één keer dan ook als een zeepbel uit elkaar.
Vanaf dat uitmaakmoment had niet jijzelf maar jouw partner de touwtjes en de macht in handen. Want hoe jij ook op dit nieuws reageerde en wat je ook uit de kast haalde om ‘m van gedachten te laten veranderen, je partner bepaalde helemaal zelf of ie wel of niet nog terug zou komen op z’n besluit.
Met andere woorden, je partner was de winnaar en jij de verliezer.

 

Je eerste impuls: de relatie weer herstellen, repareren of lijmen

Zo door iemand benadeeld worden of als een wegwerp-artikel weggegooid worden, zonder dat je zelf inspraak hebt en zonder dat je controle hebt over wat er verder gebeurt, doet flink pijn en is slecht voor je zelfvertrouwen.
Je eerste impuls was dan ook om woedend te worden: “Waar slaat dit op?”, “Hoezo dan?”, “Heb ik er ook nog wat over te zeggen?”, of “Wie denk je wel dat je bent om dit zo voor mij te bepalen?”.
Maar onbewust besefte je toen al gauw dat woedend uitvallen tegen je partner nou niet echt zou helpen om hem of haar weer terug te winnen.
En dus bracht je jouw partner in herinnering hoe fijn jullie het samen wel niet gehad hebben, wat jullie samen allemaal wel niet meegemaakt hebben, en misschien ook hoeveel jij wel niet voor hem/haar gedaan hebt.

Of je vroeg wat je partner niet meer aan jullie relatie beviel, bracht een stuk begrip voor hem of haar op, verdedigde jezelf tegen de kritiek op jou die je hoorde (of dacht te horen), en beloofde hem/haar beterschap om de relatie te repareren en weer een nieuwe kans te geven.

Of je liet je partner merken hoe verschrikkelijk dit nieuws voor je was, door te huilen of jouw pijn op een andere manier de vrije loop te laten. Niet alleen om je partner te laten zien hoeveel hij/zij en jullie relatie voor jou betekenden. Maar onbewust ook in de hoop dat je partner zich bij het zien van al je verdriet en frustratie schuldig zou gaan voelen en op z’n besluit zou terugkomen.

Of je deed alsof dit nieuws jou onverschillig en koud liet, in de hoop dat je partner zou gaan inzien dat ie er zelf slechter van zou worden als ie bij jou zou weggaan: “Jij bent degene die iets verliest en misloopt hoor, als je het met mij uitmaakt!”, “Weet wat je doet, want ik kan genoeg anderen krijgen!”, “Ach, ik was toch ook al op jou uitgekeken!”, “Je hebt geluk, want ik was al van plan om het met jou uit te maken!”, “Ach, zonder mij red je het toch niet!” of “Als je binnenkort met hangende pootjes terugkomt, dan hoef ik je niet meer terug hoor!”.

 

Je (onbewuste) tweede impuls: je ex-partner verwijten maken en terugpakken

Werkten al je pogingen om jullie relatie weer te herstellen, te repareren of te lijmen wél, dan voelde jij je weer blij en opgelucht. Óf omdat je de relatie weer terug had die jou zo dierbaar was, óf omdat je nu mooi in de positie was om je partner zelf te dumpen. En in beide gevallen voelde jij je onbewust weer sterker dan je partner (de winnaar): “Ik heb hem/haar toch weer zover weten te krijgen dat ie het opnieuw wil proberen!” of “Mooi, nu heb ik de touwtjes weer in handen, en kan ik hem/haar dumpen voordat ie dat misschien nog een keer bij mij doet!”. Ook was dit goed voor je zelfvertrouwen: “Blijkbaar ben ik voor hem/haar toch wel de moeite waard om mee verder te gaan!” of “Blijkbaar kan hij/zij toch niet zonder mij!”.

Werkten al je herstelpogingen, reparatiepogingen en lijmpogingen níet, dan voelde je dat onbewust als een afgang, vernedering of als een extra deuk in je zelfvertrouwen: “Nou heb ik me zo laten kennen, mezelf zo laten gaan, me zo ingezet, alles uit de kast gehaald of mezelf zo gegeven, en dan word ik nóg een keer gedumpt!”.
Dit laatste is moeilijk te accepteren en de kans is dan ook groot dat je jouw ex-partner daarom sindsdien allerlei verwijten bent gaan maken in je hoofd: “Hoe kon ie dat nou doen?”, “Wat een klootzaak/trut is dat toch!”, “Wat gemeen en achterbaks van ‘m zeg!”, “Dat is wel erg gemakzuchtig/laf om het al zo gauw op te geven!”, of “Overduidelijk hebben ik en onze relatie helemaal niets voor ‘m betekend, want anders had ie er wel voor gevochten!”. Op deze manier geef je jouw ex-partner er steeds van langs in je hoofd, en pak je ‘m terug door ‘m de les te lezen, zonder dat hij/zij en de mensen om je heen dat doorhebben. Dit is stil verzet tegen je relatiebreuk en je ex-partner.

Of je hebt in je omgeving aan iedereen die het (wel of niet) wilde horen rondverteld wat voor een gemenerik je ex-partner is, rondverteld hoe slecht ie eigenlijk wel niet als partner of in bed was, allerlei persoonlijke dingen of geheimen van hem/haar verklapt, of allerlei gevoelige of pikante foto’s van ‘m op Facebook of op Twitter gezet.

Of je bent met je ex-partner de strijd aangegaan via een advocaat om het ‘m zo moeilijk mogelijk te maken, om ‘m te laten zien dat hij niet het recht had om jou zo onrechtvaardig te behandelen, om ‘m te laten zien dat jij niet met je laat spotten en sollen, om ‘m terug te pakken, om ‘m niet de kans te geven om ook het leven van je kinderen te verpesten, of om materieel gezien nog zoveel mogelijk aan jullie breuk over te houden als kleine genoegdoening/compensatie voor het leed dat ie jou heeft aangedaan.

Of je bent nog een stap verder gegaan door je ex-partner steeds te stalken, dierbare dingen van ‘m kapot te maken of weg te halen, ‘m regelmatig lastig te vallen, ‘m te bedreigen, of geweld tegen ‘m te gebruiken.

 

Het terugpakken beheerst en overschaduwt je (vrijgezellen)leven

Heb je jouw toevlucht genomen tot een of meer dingen hierboven, uit boosheid dat je gedumpt bent en dat jullie relatie niet meer te redden is, dan is de kans groot dat je daar ook nu nog steeds mee bezig bent, en er nog steeds in verstrikt zit.
En als je niet oppast, ga je daar nog een hele tijd mee door, misschien zelfs wel de rest van je leven. Dan wordt het als het ware een levensmissie.
Als dit voor jou werkt, dan kun je er gerust mee doorgaan hoor. Maar ik nodig je uit om jezelf eens eerlijk af te vragen hoeveel dit jou nou echt oplevert.

Natuurlijk, het is goed om assertief te zijn en te laten zien dat je niet zomaar over je heen laat lopen. En laten we wel zijn, diep in je hart vind je het eigenlijk ook wel lekker om je partner nog even goed terug te pakken voor wat ie jou allemaal aangedaan heeft. Dat geeft je een stuk voldoening, het gevoel dat je weer meer in je kracht gaat staan, een gevoel dat je weer meer invloed/grip/controle/macht in deze situatie hebt, en meer zelfvertrouwen,
Alleen de vraag is, hoe voel jij je terwijl je hier nog steeds mee bezig bent? Voel je steeds meer opluchting, ontspanning, blijheid, rust, tevredenheid en innerlijke vrede door dit te doen? Of blijf je een voortdurende (en groeiende) woede, wrok, wraakzucht, hekel of haat voelen, en probeer je tevergeefs van die nare gevoelens af te komen door er dan nog maar een schepje bovenop te doen in je woorden en daden naar je ex-partner toe?

Besef goed dat je door deze dingen te doen, continu bezig bent met je ex-partner in jouw buitenwereld, in plaats van aandacht te geven aan je eigen binnenwereld. Terwijl in jouw eigen binnenwereld de echte strijd plaatsvindt: woede, verdriet, ongeloof, teleurstelling, desillusie, gebrek aan vertrouwen en machteloosheid, die er allemaal voor vechten om door jou gezien, gehoord en doorvoeld te worden, en om een plekje te krijgen.

 

Met je ex-partner terugpakken heb je vooral jezelf te pakken

Want wat je ook in je buitenwereld onderneemt naar je ex-partner toe, de pijn en het gemis die je tijdens en na de relatiebreuk voelde, blijven op de achtergrond aan je knagen en je leven overschaduwen, en worden alleen maar groter in je binnenwereld zolang je ze negeert en onderdrukt.

Alleen door met jezelf in gesprek te gaan, het uitgebreid met jezelf te hebben over hoe het nou voor jóu als persoon was om dit mee te maken, en jezelf toestemming te geven om de herinneringen onder ogen te zien en de gevoelens te doorvoelen die daarbij naar boven komen, kom je weer met jezelf in het reine.
Je leert dan stapje voor stapje en met vallen en opstaan om dit hele gebeuren een plekje te geven en los te laten, in plaats van er nog elke dag mee bezig te blijven door van alles naar je ex-partner toe te doen en te zeggen. De ingrijpende relatiebreuk zelf vergeet je niet meer, en het kan zijn dat de pijn en het gemis niet helemaal zullen verdwijnen, maar ze raken in ieder geval op de achtergrond zodat je weer je eigen leven kunt oppakken. Je laat je relatiebreuk dan achter je, in plaats van maar in het verleden te blijven hangen en de toekomst die voor je ligt te blijven verwaarlozen.
En door de innerlijke rust en innerlijke vrede die je dan voelt, zit je niet meer vast in die heftige emoties van daarvoor, en ga je de relatiebreuk zelf ook wat meer in perspectief zien.

 

Een andere blik op gedumpt zijn

Zodra je gevoelswereld weer wat meer tot rust komt, ga je beseffen dat het voor je ex-partner waarschijnlijk ook een moeilijke stap was om het met jou uit te maken en jou dus pijn te doen.Dat ie zelf waarschijnlijk ook in een innerlijk conflict heeft gezeten voordat ie deze stap uiteindelijk kon zetten, en dat ie daarna waarschijnlijk geworsteld heeft met een schuldgevoel naar jou toe en met twijfels of ie er wel goed aan gedaan had om het uit te maken: “Had ik de relatie misschien toch nog een kans moeten geven, er meer voor moeten vechten of mijn eisen wat lager moeten stellen?”.
Dat kan ook het geval zijn als jij zelf de indruk had dat het uitmaken jouw ex-partner wel erg makkelijk afging, of dat hij/zij na het uitmaken z’n leven wel weer erg gauw op orde had. Want hoe rot je ex-partner misschien ook (uiteindelijk) naar jou toe gedaan heeft, hij/zij had er geruime tijd wél behoefte aan om (ook) met jou een relatie aan te gaan: anders had ie daar geen energie en geen tijd in gestoken.

Ook ga je dan inzien dat jullie relatie na verloop van tijd misschien nog wel jóuw (belangrijkste) behoeftes bevredigde, maar niet meer alle belangrijke behoeftes van je ex-partner: bijvoorbeeld doordat z’n behoeftes in de loop van de tijd gingen veranderen of doordat ie zich steeds meer bewust werd van wat ie echt wilde.
En dat ie op het moment van uitmaken (terecht of onterecht) geen manier meer zag waarop jullie relatie die behoeftes wél weer kon bevredigen. Met andere woorden, dat je ex-partner tijdens het uitmaken op zoek was naar meer bevrediging en naar meer geluk, en dat het uitmaken dus niets persoonlijks naar jou toe was (ook al heeft ie dat misschien wel gezegd of gesuggereerd).

Daarnaast realiseer jij je dan dat een relatie net als elke andere samenwerking iets is wat van beide kanten moet komen, en dat er altijd een kans bestaat dat een van beiden af gaat haken. Voor hetzelfde geld was jij zelf tegen een stuk onvrede in je relatie aangelopen en degene geweest die het uit had gemaakt.
>En dan zie je ook eerlijk onder ogen dat een relatie, waarin jullie allebei veel energie, tijd en geld in hebben gestoken, niet zomaar ineens onverwachts stopt. Ik weet zeker dat er al een tijd ervoor signalen waren dat je ex-partner tegen een stuk onvrede in de relatie aanliep (iets in jullie relatie miste), en dat die signalen steeds sterker werden tot het moment van uitmaken.
[Voorbeelden:
Het kan zijn dat je ex-partner meerdere keren aangaf dat ie met je wilde praten, chagerijnig werd, op jou begon te vitten, over jou of over z’n omgeving begon te mopperen/klagen, minder vrolijk werd, vaker boos of neerslachtig was, minder energie had, minder contact met je opnam, minder met je praatte, minder dingen samen wilde doen, niet meer zoveel reageerde op wat je zei of deed, er met z’n aandacht niet meer helemaal bij was als ie samen met jou was, vaker buitenshuis was, later thuiskwam, meer op andere mannen/vrouwen begon te letten, meer met andere mannen/vrouwen contact maakte of omging, zichzelf ineens meer lichamelijk ging verzorgen, een geur of voorwerpen had die je niet kon plaatsen, dingen ging zeggen die niet klopten, of (volgens eigen zeggen of volgens mensen om je heen) vreemd ging.]

Net als alle partijen bij een verbroken samenwerking hadden jullie allebei een aandeel in de verbroken relatie, ook al was het alleen maar dat je de signalen van je partner niet opmerkte of niet serieus nam.
In mijn ogen voelen we allemaal intuïtief haarfijn aan wanneer er iets met onze partner (of met onze kinderen) aan de hand is. En ook al hebben we wat minder contact met onze intuïtie, dan nog vallen ons in ieder geval al gauw dingen op die anders dan anders zijn: met onze partner hebben we namelijk een sterkere band dan met andere mensen, en we kennen die persoon als geen ander.

Vervelend genoeg drukken we onze intuïtie en onze waarnemingen meestal al gauw weer weg omdat we denken dat we ons wel zullen vergissen, dat het vast wel iets tijdelijks/onschuldigs zal zijn, dat het allemaal wel mee zal vallen, dat het vanzelf wel goed komt, of dat onze partner er zelf wel over begint als er iets aan de hand of mis is. En hoe plausibel dat wegdrukken vanuit ons eigen gezichtspunt misschien ook is, het is wel iets wat we zelf doen: daar kunnen we onze ex-partner niet de schuld van geven.

 

Je bent niet machteloos als je partner het uitmaakt!

Zo onmachtig of machteloos als je dacht te zijn toen je ex-partner het uitmaakte, was je in werkelijkheid niet.
Want voordat je aan een relatie begon, wist je al bij voorbaat dat er een (kleine) kans was dat de relatie mis zou lopen.
Ondanks dat heb je er toch zelf voor gekozen om de relatie aan te gaan en om al die tijd in de relatie te blijven. Je hebt dus helemaal zelf bepaald dat je de relatie aan wilde gaan en ermee door wilde blijven gaan, en dat je dus het risico van een relatiebreuk op de koop toe nam.

Ook tijdens de hele relatie had je de touwtjes in handen: je was tijdens de hele relatie in de gelegenheid om je partner eens in de zoveel tijd te vragen hoe ie jou en de relatie vond, en om de signalen uit te spreken die je zag of intuïtief aanvoelde.
Daarmee zeg ik niet dat de relatiebreuk je eigen schuld was of dat je de relatiebreuk had kunnen voorkomen hoor, begrijp me goed.
Maar ook als onze partner mooi weer speelt en doet alsof er niets aan de hand en niets mis is, voelen we intuïtief aan dat dit niet klopt.
En ook al weigert onze partner om te praten over de signalen die we zien of voelen, of over zijn of haar eigen onvrede, dan weten we in ieder geval dat er iets bij onze partner speelt, en zien we een relatiebreuk al eerder aankomen.
Zodat we uit onszelf alvast dingen in de relatie kunnen veranderen, alvast voorzorgsmaatregelen kunnen nemen voor een eventuele relatiebreuk, niet meer overvallen worden door de relatiebreuk op het moment dat die daadwerkelijk komt, en ons niet meer onmachtig, machteloos, kwetsbaar of zwak hoeven te voelen zodra onze partner ons meedeelt dat ie met de relatie wil stoppen …
 

Van alleen plezier zoeken of alleen diepgang zoeken naar: plezier maken én diepgang ervaren

 

 
 
 
Eén deel van jou (je Genietende Ik) wil zich het liefst de hele dag door blij en vrolijk voelen.
Vooral door het voor jou en voor de mensen om je heen lekker licht en luchtig te houden. Ze houdt enorm van grapjes, bekijkt alles van de zonnige kant, en stopt met iets zodra het niet meer leuk genoeg is.
Ook slalomt ze heel handig om beperkingen, problemen, verveling en pijn heen. Want die dingen verpesten je humeur, zorgen ervoor dat je begint te mopperen en te klagen, en maken als je niet oppast je leven zwaar.
Bij de pijn van jouzelf en van anderen staat ze dan ook zo min mogelijk stil: alle tijd die ze daaraan besteedt had jij ook kunnen besteden aan plezierige dingen. Het enige wat ze dan doet is jou of anderen aan het lachen brengen en van de pijn afleiden met een grapje, en plezierige voordelen bedenken die de pijn van jou of anderen wat verzachten.
Mensen om je heen vinden deze Ik van jou soms oppervlakkig of 1-dimensionaal: ze is in hun ogen alleen maar bezig met plezier maken, en neemt de verplichtingen, verantwoordelijkheden, problemen en pijn in het leven niet serieus.

 
Een ander deel van jou (je Gevoelige Ik) is juist het tegenovergestelde: zij neemt het leven serieus, en vooral de gevoelens die het leven in jou oproept.
Het liefst de hele dag door wil ze emoties voelen, en het maakt haar daarbij niet uit of het comfortabele gevoelens of oncomfortabele gevoelens zijn: zolang het maar gevoelens zijn.
Dat merk je nog eens extra duidelijk op de momenten dat je naar films als “Goede Tijden, Slechte Tijden” kijkt. Ze hoopt stiekem dat er in het leven van de filmpersonages van alles en nog wat misgaat, zodat ze zich helemaal in hen kan inleven en helemaal met hen kan meeleven. Een film waarin het hele leven van alle filmpersonages continu op rolletjes loopt, vindt ze maar saai, voorspelbaar, zoetsappig, ongeloofwaardig en onecht.
En net zoals zij van de “Slechte Tijden” in het leven van de filmpersonages kan genieten, kan ze ook genieten van minder “Goede Tijden” in jouw eigen leven. Niet omdat ze jou allerlei slechts toewenst hoor. Integendeel! Maar omdat ze bij minder comfortabele gebeurtenissen intense gevoelens voelt, een stuk diepgang in haar leven ervaart, en dankzij die intense gevoelens en diepgang meer het gevoel heeft dat ze leeft. Intense gevoelens zorgen ervoor dat jouw (vrijgezellen)leven allesbehalve een sleur wordt!
Daarbovenop leer je jezelf dankzij je gevoelens ook meer en meer als persoon kennen, waardoor je steeds meer zelfkennis en zelfinzicht krijgt en steeds meer begrip voor jezelf kunt gaan opbrengen.
Mensen om je heen vinden deze Ik van jou door al die intense emoties soms zwaarmoedig, overgevoelig of dramatisch.

 
Beide delen van jezelf (je Plezierige Ik en je Gevoelige Ik) horen evenveel bij jou: ze zijn allebei even goed, even nuttig en even waardevol!
Maar in de praktijk zul je hoogstwaarschijnlijk merken dat 1 van deze 2 Ikken jouw grootste voorkeur heeft, en van jou vaker en langer op de voorgrond mag blijven dan de andere Ik. En door het onderdrukken of wegduwen naar de achtergrond van 1 van deze 2 Ikken voel je minder bevrediging in je (vrijgezellen)leven en kom je in een innerlijk conflict terecht.
Om je gelukkiger te voelen is het nodig om beide Ikken even leuk te leren vinden, en om hen van elkaar te laten leren. Hoe je dat kunt aanpakken, kun je hieronder lezen.

 
Jouw Gevoelige Ik kan tijdens de verwerking van emotionele gebeurtenissen zo verstrikt raken in het doorvoelen van pijnlijke gevoelens dat ze zich niet meer in staat voelt om in actie te komen: ze voelt zich overspoeld en verlamd. Het lukt haar dan ook niet meer om concrete stappen te zetten om uit deze emotionele situatie te komen. Met als gevolg dat ze vast blijft zitten (blijft hangen) in een pijnlijke situatie, en zwaarmoedig en depressief kan worden.
Je Gevoelige Ik vindt je Genietende Ik normaal gesproken maar ‘oppervlakkig’ en ‘onecht’. Toch is het juist deze Ik die haar op zulke momenten als geen ander kan helpen om zich weer even licht en luchtig te voelen. Met haar onweerstaanbare humor haalt je Genietende Ik je Gevoelige Ik uit de zwaarte die ze op dat moment voelt, en met haar enthousiasme om leuke dingen te doen brengt ze je Gevoelige Ik weer op een fijne en vrijblijvende manier in beweging.
Zodat je Gevoelige Ik zich na afloop weer blij, vrolijk, ontspannen en opgeladen voelt, en zich weer met een frisse blik en met hernieuwde energie kan richten op de emotionele gebeurtenis!
Daarbovenop krijgt ze door het inschakelen van je Genietende Ik eveneens wat ze zo graag wil: intense gevoelens. Want intense blijheid, intense vrolijkheid en intens enthousiasme zijn ook intense gevoelens!

 
Jouw Genietende Ik heeft de neiging om tijdens het najagen van zoveel mogelijk pleziertjes alles te negeren wat haar plezier bederft: verplichtingen, verantwoordelijkheden, problemen, verveling en pijn.
Daardoor kan ze minder genieten van alle leuke afleidingen, want het onprettige gevoel dat op de achtergrond blijft knagen overschaduwt ongemerkt de pleziertjes op de voorgrond.
En doordat ze beperkingen en jouw pijn niet serieus neemt, blijf jij langer in onprettige situaties hangen. Sterker nog, hoe langer zij onprettige situaties negeert, hoe meer ze uit de hand kunnen lopen: kleine irritaties in je relatie kunnen na verloop van tijd uitgroeien tot een relatiebreuk, een stukje onvrede van je leidinggevende tot ontslag, en financiële tegenvallers tot een faiilissement of het bezoek van een deurwaarder.
Je Genietende Ik vindt je Gevoelige Ik normaal gesproken maar ‘serieus’, ‘zwaar op de hand’ en ‘overgevoelig’. Toch is het juist deze Ik die haar op zulke momenten als geen ander kan helpen om onprettige situaties weer ten goede te keren.
Met haar diepgang helpt je Gevoelige Ik je Genietende Ik om het onprettige gevoel van beperkingen en verveling te verduren. Zodat je Genietende Ik tot haar aangename verrassing ontdekt dat beperkingen en verveling haar juist uitnodigen om op een creatieve manier te fantaseren over nieuwe mogelijkheden (iets waar ze dol op is).
Met haar diepgang helpt je Gevoelige Ik je Genietende Ik ook om emotionele pijn door onprettige situaties te verduren. Waardoor je Genietende Ik kan ontdekken wat haar nou eigenlijk zo dwars zit en wat ze nodig heeft om daar verandering in te brengen. Zodat ze problemen blijvend kan oplossen en haar onbevredigde behoeftes alsnog kan bevredigen. En zeg nou zelf, met blijvend opgeloste problemen en met meer bevredigde behoeftes wordt jouw leven toch een stuk plezieriger hè!
Daarbovenop laat je Gevoelige Ik je Genietende Ik voelen dat een intens gevoel dat je leeft ook een kick kan geven en dat diepgang diep kan bevredigen. Net zoals een film zoals “Goeie Tijden, Slechte Tijden”, waarin je jezelf lekker kunt inleven in de emotionele gebeurtenissen van de filmpersonages, ook een stuk genot en bevrediging kan geven …
 

Goedkeuring van andere mensen verdienen is een signaal dat jij jezelf afkeurt

 

 
 
Zodra jij je in het gezelschap van een of meer mensen onwelkom, ongewenst, ongeliefd of onaantrekkelijk voelt, kun je onbewust de schuld bij jezelf gaan leggen, en bij jezelf gaan denken: “Er is blijkbaar iets mis met mij”.
Je gaat jezelf vervolgens met hen vergelijken, en komt dan meestal uit op 1 van de volgende conclusies: “Ik ben een heel ander persoon dan zij”, “Ik ben minder succesvol dan zij”, “Of ik sta te weinig klaar voor hen”.
Als je dan toch graag waardering, genegenheid of liefde van hen wil krijgen, dan probeer je hun goedkeuring te verdienen door jezelf te ‘repareren’: je probeert als persoon meer op hen te lijken (jezelf in te houden, aan te passen of anders voor te doen), je probeert successen te behalen waarmee je bij hen kunt scoren (een beter imago of betere prestaties), of je probeert zoveel mogelijk voor hen klaar te staan (ongevraagd of gevraagd).

 
Met goedkeuring verdienen ben je hoogstwaarschijnlijk al begonnen bij je ouders/verzorgers. En daarna op school, in je vriendschappen, in je liefdesrelaties, op je werk, en in het gezelschap van onbekenden.
Daar kun je zonder dat je het zelf doorhebt de rest van je leven mee bezig blijven. En hieronder zitten 2 gevoelens verscholen: schaamte en schuldgevoel. Je schaamt je voor je eigen persoonlijkheid, voor je eigen prestaties of voor je eigen ‘egoïsme’. En je voelt je schuldig als je daardoor in jouw eigen ogen andere mensen tekort doet (hen de dupe ervan laat worden).
Je keurt dus zelf je eigen persoonlijkheid, prestaties of behoeftes af, en vraagt vervolgens aan mensen buiten jouzelf goedkeuring door je voor hen uit te sloven.
En zeg nou zelf, ligt het dan eigenlijk niet meer voor de hand om de goedkeuring waar je zo naar smacht te vragen aan de persoon zelf die jou afkeurt: namelijk aan jezelf?
 

Waar het gevoel vandaan komt dat je onwelkom, ongewenst, ongewild, impopulair, onaantrekkelijk of ongeliefd bent

 

 
 
Vanaf het moment dat je geboren werd kwam je in contact met allerlei mensen om je heen.
Het kan zijn dat de mensen om je heen over het algemeen negatief reageerden op jouw aanwezigheid: ze negeerden je, namen je niet serieus, lachten je uit, bekritiseerden je, stelden hoge eisen aan je, pestten je, scholden je uit, mishandelden je geestelijk of lichamelijk, of vergrepen zich aan je. Dat gaf jou het gevoel dat je onwelkom, ongewenst, ongewild, impopulair, onaantrekkelijk of ongeliefd was. En daardoor ging je denken dat je minder waard was dan andere mensen, dat je er niet toe deed, dat je er niet mocht zijn, dat je niet jezelf mocht zijn, dat je er geen recht op had om te bestaan, of dat je er misschien maar beter niet had kunnen zijn. Met als gevolg dat je steeds meer afstandelijkheid, koelheid, kilheid, onverschilligheid, onbegrip, boosheid, haat of vijandigheid ging voelen naar jezelf en naar andere mensen toe.
Reageerden zij over het algemeen juist positief op jouw aanwezigheid, dan voelde jij je welkom, gewenst, gewild, populair, aantrekkelijk en geliefd. Je kreeg het gevoel dat je er toe deed en dat je er recht op had om te bestaan, je voelde je minstens evenveel waard als andere mensen, en je voelde warmte en genegenheid naar jezelf en naar andere mensen toe.

 
Hoe welkom, gewenst, gewild, populair, aantrekkelijk en geliefd jij je in jouw jeugd voelde, hing niet alleen af van hoe de mensen om je heen daadwerkelijk met jou omgingen, maar ook van hoe je zelf naar hun reacties op jou keek.
Zie je als persoon eerder wat er wel is, wat er goed gaat, wat de overeenkomsten zijn en wat de mogelijkheden zijn (oftewel: ben je als persoon een matcher), dan zijn je vooral de momenten opgevallen en bijgebleven waarop mensen positief op jou reageerden, en voelde jij je al gauw welkom, gewenst, gewild, populair, aantrekkelijk en geliefd.
Zie je als persoon eerder wat er niet is, wat er ontbreekt, wat fout/verkeerd/mis gaat, wat de verschillen zijn en wat de risico’s/gevaren/bedreigingen zijn (oftewel: ben je als persoon een mismatcher), dan zijn je vooral de momenten opgevallen en bijgebleven waarop mensen negatief op jou reageerden, en voelde jij je al gauw onwelkom, ongewenst, ongewild, impopulair, onaantrekkelijk of ongeliefd.

 
Daarnaast hing het ervan af hoeveel geloof je hechtte aan wat andere mensen tegen of over je zeiden, en aan wat ze met hun gedrag naar jou toe suggereerden.
Zo ziet een matcher vooral z’n eigen positieve kanten (met zelfoverschatting als valkuil), waardoor ie vanaf z’n geboorte uit zichzelf al een positiever zelfbeeld heeft, minder gauw geloof hecht aan kritiek en zich minder gauw laat ontmoedigen door de reacties van anderen.
En een mismatcher ziet vooral z’n eigen verbeterpunten (met perfectionisme als valkuil), waardoor ie vanaf z’n geboorte uit zichzelf al een minder positief zelfbeeld heeft, zich eerder kritiek persoonlijk aantrekt en zich eerder laat ontmoedigen door de reacties van anderen.
Een matcher zijn is trouwens niet beter en niet slechter dan een mismatcher zijn. Het heeft allebei haar voordelen en nadelen: zo irriteert een matcher zich minder gauw aan zichzelf en z’n omgeving, en ontdekt een mismatcher problemen en risico’s al in het stadium dat er nog iets aan gedaan kan worden.
Of je als persoon een matcher of mismatcher bent is aangeboren (net als bijvoorbeeld je geslacht): dit staat dus helemaal los van de ouders/verzorgers, de omgeving, het milieu, de cultuur, de politieke voorkeur of de levensbeschouwing waar je mee opgegroeid bent, en is dus iets wat je niet op hen kunt afschuiven..

 
Hoeveel jij er in jouw ogen in je jeugd mocht zijn bepaalt ook hoeveel je er nu in jouw ogen mag zijn als vrijgezel.
Voelde jij je toen onwelkom, ongewenst, ongewild, impopulair, onaantrekkelijk of ongeliefd, dan is de kans groot dat jij je nu ook onwelkom, ongewenst, ongewild, impopulair of ongeliefd voelt op je werk, in je woonplaats en temidden van een groep mensen. En dat je als vrijgezel nog steeds geen partner hebt gevonden, kun je dan ook als bewijs gaan zien en aanvoeren dat er iets aan jou ontbreekt en dat je ongewild, impopulair of onaantrekkelijk bent.
Want onbewust denk je bij jezelf: “Als zelfs de mensen die mij op deze wereld hebben neergezet, die dicht bij mij stonden of die mij goed kenden al niets met mij te maken wilden hebben, dan wil niemand op deze wereld iets met mij te maken hebben”.
Terwijl de mensen om je heen maar een heel klein percentage zijn van de hele wereldbevolking. De rest van de wereldbevolking ken je nog helemaal niet, en die kan er heel anders over denken. En voor hetzelfde geld waren de mensen om je heen die je getroffen hebt een uitzondering, of had je door je eigen gekleurde bril een vertekend beeld van de mensen om je heen.

 
Bovendien heeft iedereen op deze wereld evenveel bestaansrecht: anders had het leven, de natuur of het Grote Geheel niet al die moeite gedaan om ons geboren te laten worden en hadden we nooit bestaan!
Iedereen die (ooit) geboren is, heeft (of had) dus het recht om er te zijn: ongeacht hoe lang iemand leeft (of leefde), of in welke omgeving iemand geboren werd en opgegroeid is.
En iedere dag dat we weer wakker worden, vindt het leven, de natuur of het Grote Geheel ons belangrijk genoeg om ons weer een nieuwe dag te geven!
 

Hoe makkelijk trek jij ‘foute’ mannen of vrouwen aan?

 

 
 
Kom jij eigenlijk nooit een ‘foute’ man of vrouw tegen? Of loop jij de ene na de andere ‘foute’ man of vrouw tegen het lijf, met alle gevolgen van dien?
Op het moment dat je een ‘foute’ partner ontmoet, voelen bepaalde Ikken van jou zich meteen tot hem of haar aangetrokken. Terwijl andere Ikken hem of haar al gauw afkeuren en de deur willen wijzen.
Geef je één van je Ikken haar zin, zonder goed naar de mening van je andere Ikken te luisteren, dan krijg je in ieder geval een innerlijk conflict. Ook blijf je dan hoogstwaarschijnlijk onnodig lang bij een ‘foute’ partner, omdat je alle waarschuwingen van je andere Ikken in de wind slaat.
Ga je in plaats daarvan een innerlijke dialoog aan met je 9 Ikken en neem je op basis daarvan een beslissing waar ze zich allemaal in kunnen vinden, dan voel je innerlijke rust, ook als je voor een ‘foute’ partner kiest. En zodra die partner te ver gaat, trekken bepaalde Ikken aan de bel, en kun je op tijd jouw grenzen aangeven.

 
 
Dit is hoe jouw 9 Ikken tegen een ‘foute’ man of vrouw aankijken:

 

Een ‘foute’ man of vrouw komt bij mij niet verder dan de voordeur!

  • Jouw Perfecte Ik wil graag een plezierige relatie, met zo min mogelijk pijn en met zoveel mogelijk vrijheid.
    Zodra ze dan ook merkt dat jouw relatie haar teveel pijn, te weinig plezier en te weinig vrijheid oplevert, wil ze ermee stoppen.
  • Iets soortgelijks geldt voor jouw Harmonieuze Ik. Zij wil graag een gelijkwaardige, respectvolle, gezellige en harmonieuze relatie. En zodra ze merkt dat die gelijkwaardigheid en dat respect ver te zoeken zijn, en dat je relatie haar steeds (innerlijke) conflicten oplevert, heeft ze er geen zin meer in.
  • Jouw Verstandige Ik weet zich niet zo goed raad met haar emoties, want ze wil graag objectief blijven en haar hoofd erbij kunnen houden. Een ‘foute’ partner roept dan ook al gauw teveel emoties bij haar op, en ze neemt daarom al snel afstand van hem of haar. Ook is zelfredzaamheid essentieel voor haar, en ze laat zichzelf dan ook nooit afhankelijk maken van een ‘foute’ partner.

 

Een beetje ‘fout’ mag een partner van mij wel zijn hoor!

  • Jouw Perfecte Ik wil graag dat je relatie zo goed mogelijk is, en heeft een uitgesproken mening over wat een ‘goede’ relatie en een ‘goede’ partner is.
    In haar ogen is sowieso elke partner wel ‘fout’, want ze heeft strenge normen en eisen. Maar ook al irriteert zij zich aan alle imperfecties van je partner, het geeft haar wel voldoening om jouw partner en je relatie continu te verbeteren. Je partner mag wat haar betreft dan ook best wel wat ‘fout’ zijn: bijvoorbeeld een licht criminele inslag hebben, zodat ze hem of haar weer op het ‘rechte pad’ kan brengen.
  • Jouw Presterende Ik wil alles als een prestatie en als een succes zien, en dus ook je relatie. Aan een relatie die van een leien dakje gaat valt voor haar geen enkele eer te behalen. En zodra je partner een beetje ‘fout’ is, maar je Presterende Ik van te voren weet dat ze nog wel van hem of haar kan ‘winnen’, kan je Presterende Ik trots zijn op haar eigen prestaties tijdens je relatie. Ze zoekt dan vooral een partner die regelmatig dingen zegt of doet waardoor de relatie dreigt te mislukken, en die ze vervolgens toch weer zover weet te krijgen dat de relatie door kan gaan.

 

Een ‘foute’ partner heeft wel wat!

  • Jouw Behulpzame Ik wil continu een verschil, en het liefst hét verschil, maken in het leven van andere mensen. En hoe kan dat nou beter dan bij een (‘foute’) man of vrouw, die hele goede intenties heeft, maar tot zijn of haar eigen spijt en frustratie steeds weer terugvalt in het oude gedrag (bijvoorbeeld een verslaving)? Ze heeft dan ook de neiging om ‘probleemgevallen’ aan te trekken. En omdat mensen helpen in haar bloed zit en haar eerste natuur is, kunnen dat ook probleemgevallen zijn waarbij ze eigenlijk al van tevoren weet dat het helpen onbegonnen werk is: dan blijft ze ervan verzekerd dat ze nodig blijft voor haar partner en dat ze iets aan zijn of haar leven kan blijven toevoegen. Iemand die zichzelf kan redden, kan zíj namelijk niet meer redden.
  • Jouw Krachtige Ik wil continu voelen en zien hoe sterk ze is, door regelmatig voor iets te knokken en door regelmatig de (woorden)strijd met mensen aan te gaan. En de strijd aangaan is makkelijk voor haar, omdat ze ervan overtuigd is dat mensen zonder enige twijfel misbruik maken van haar zachtheid, mildheid en zwakheden, en dat het recht van de sterkste geldt.
    In relaties heeft ze dan ook de neiging om mensen aan te trekken die (uiteraard!) niet te vertrouwen blijken te zijn, en met wie ze de strijd aan moet gaan. Ze kiest daarbij vaak mensen uit die een echte uitdaging voor haar zijn, en verliezen is voor haar geen enkele optie. Dit kunnen bijvoorbeeld gewelddadige partners zijn, partners die een meester zijn in manipuleren (daar heeft ze een bloedhekel aan, want ze heeft duidelijkheid nodig), partners die goed zijn in een psychologische oorlogsvoering, of een mannelijke of vrouwelijke ‘femme fatale’ (ze is dol op sex, omdat haar dat meteen veel energie, en soms ook een gevoel van macht, geeft).
  • Jouw Gevoelige Ik wil aan de ene kant graag een hele (fijn)gevoelige partner hebben, bij wie ze niet bang hoeft te zijn om afgewezen te worden, die veel diepgang heeft, en met wie ze een diepe emotionele band heeft. Maar helaas zijn dat in haar ogen toch ook vaak wel weer alledaagse en voorspelbare mensen. En ze houdt juist van mensen die anders zijn dan anderen, die spannend zijn, en die intense emoties bij haar oproepen. Ja, en in dat geval kom je al gauw bij een ‘foute’ man of vrouw terecht. Aan de ene kant baalt ze van de pijn die zo’n ‘foute’ partner bij haar oproept. En aan de andere kant komt ze juist door zo’n partner heel goed bij haar gevoel, heeft ze echt het gevoel dat ze leeft, en hoeft ze nooit bang te zijn dat alles voorspelbaar, vlak, oppervlakkig en een sleur wordt.

 

Ik wil die ‘foute’ mannen of vrouwen écht niet, maar trek ze toch aan!

  • Jouw Beschermende Ik wil jou beschermen tegen alle risico’s, en dus ook tegen alle ‘foute’ mannnen of vrouwen. Zodra ze gezien of gehoord heeft dat ze het risico loopt om hen tegen te komen, stelt ze zich dan ook in alle details voor hoe die partners zijn, wat ze jou kunnen aandoen en hoe je jezelf daar het beste tegen kunt wapenen. In haar hoofd ziet ze een ‘foute’ partner dan ook regelmatig voor zich, en alles waar je aandacht naar toegaat in je binnenwereld wordt groter in je buitenwereld. In plaats van jou te beschermen tegen ‘foute’ mannen of vrouwen door zich zo grondig mogelijk op hen voor te bereiden, trekt ze hen daardoor juist onbedoeld aan.
  • Jouw Genietende Ik en jouw Verstandige Ik proberen allebei weg te blijven bij emoties: je Genietende Ik bij onplezierige emoties en je Verstandige Ik bij alle emoties. Zodra ze merken dat ze die emoties niet langer meer kunnen negeren, en dat het tijd wordt om ze serieus te nemen, weten ze niet goed hoe ze bij die emoties moeten komen want dat hebben ze nog nooit geleerd. En ze kunnen dan een ‘foute’ partner aan gaan trekken, die hen telkens weer in hun emoties weet te brengen, en op zo’n manier dat ze er niet meer voor weg kunnen lopen.
  • Jouw Harmonieuze Ik houdt zich bij alles wat ze zegt en doet in, uit angst voor conflicten met mensen om haar heen. Zodra ze merkt dat ze zichzelf daardoor steeds meer wegcijfert, steeds onzichtbaarder wordt en zichzelf kwijt begint te raken, kan ze daar zelf niet goed verandering meer in brengen omdat ze nooit geleerd heeft om zichzelf te uiten. Ze kan dan een ‘foute’ partner aan gaan trekken die zo stellig is en zo over haar heen loopt, dat ze gedwongen wordt om zichzelf te uiten en haar grenzen aan te geven.
  • Het kan zijn dat een ‘foute’ man of vrouw zo ver afstaat van de normen en waarde van jouw Perfecte Ik, dat ze niets met hem of haar te maken wil hebben. En dat zij tegelijkertijd een zelfde soort karaktereigenschap heeft als die ‘foute’ man of vrouw, maar dan in een veel minder extreme vorm. Die eigenschap in zichzelf vindt ze zo fout, dat ze die zo goed onderdrukt dat ze ‘m totaal niet meer lijkt te hebben. Maar hoe meer je iets in je binnenwereld onderdrukt, hoe meer je het gaat tegenkomen in je buitenwereld. En ‘foute’ partners kunnen haar een karaktereigenschap zo extreem terugspiegelen, dat ze die wel onder ogen móet zien: eerst bij de ander en daarna bij zichzelf.