Hoe je als vrijgezel het zelfvertrouwen opbouwt dat jij je prima kunt redden, zelfs tijdens onverwachte of oncomfortabele gebeurtenissen

 

 
 
 
Als vrijgezel moet je het uiteindelijk toch in je eentje zien te redden, zonder dat je daarbij kunt terugvallen op een partner. Hoeveel adviezen, steun of hulp je daarbij misschien ook van je omgeving krijgt.
Dat lukt jou alleen maar als je genoeg vertrouwen hebt dat je dat zelf (met vallen en opstaan) voor elkaar krijgt: anders ontmoedig je jezelf al voordat je bent begonnen, trek je jezelf steeds in twijfel, en geef je jezelf regelmatig op je kop dat je het niet goed genoeg of niet snel genoeg doet.
Genoeg zelfvertrouwen is dan ook een noodzakelijke voorwaarde om zelfredzaam te kunnen zijn als vrijgezel!

Maar hoe bouw je dat zelfvertrouwen eigenlijk op?
Nou, door het onderscheid te leren maken tussen dingen die je zelf niet kunt veranderen en dingen waar je zelf juist wel invloed op hebt.
Elke gebeurtenis (hoe oncomfortabel, ingewikkeld, hefig of ingrijpend ook) bestaat uit aspecten waar je geen invloed op hebt en uit aspecten waar je wel degelijk (een kleine) invloed op hebt.
Staar jij je blind op de onveranderlijke aspecten van een gebeurtenis, dan voel jij je een slachtoffer van de situatie: je voelt je machteloos, raakt gefrustreerd, raakt verbitterd, probeert wraak te nemen, of wacht de rest van je leven totdat een bepaald iemand eindelijk tot inkeer komt en zijn of haar excuses aanbiedt.
Richt jij je daarnaast ook op de beïnvloedbare aspecten van een gebeurtenis, dan krijg je hoop, ga je meer in je kracht staan, zie je steeds meer mogelijkheden om met de gebeurtenis om te gaan, en voel je meer en meer innerlijke rust.

Over het algemeen heb je geen invloed op mensen en dingen in je buitenwereld.
Een stoplicht springt bijvoorbeeld gewoon op rood, of je dat nou wel of niet wil. Mensen zijn zoals ze zijn: ze veranderen alleen maar als ze daar zelf achter staan. Kijk bijvoorbeeld maar naar (je) kinderen.
En op alles wat er in je verleden gebeurd is, heb je ook geen enkele invloed meer: je kunt je verleden niet meer terugdraaien of ongedaan maken.
Dingen en mensen die je niet (meer) kunt veranderen, kun je alleen nog maar leren accepteren. Daarmee bedoel ik: leren aanvaarden dat ze zijn zoals ze zijn, en dat ze een gegeven (een feit) zijn, hoeveel pijn dat jou misschien ook doet.
In plaats van te blijven ontkennen dat ze zo zijn, tegen beter weten in te blijven hopen dat ze alsnog veranderen, je maar te blijven verzetten tegen hoe ze zijn, jezelf of de ander maar verwijten te blijven maken, of maar te blijven fantaseren over hoe het anders had kunnen gaan.

Gebeurd is gebeurd, punt.
Maar gelukkig zijn er altijd ook nog wel aspecten waar je wel degelijk invloed of grip op hebt.
In ieder geval de manier waarop je zelf met de gebeurtenis omgaat.
Je kunt er namelijk voor kiezen om:

  • Jezelf een luisterend oor te bieden
  • Jezelf met raad en daad bij te staan
  • Jezelf de tijd en ruimte te geven om de gebeurtenis te verwerken
  • Onderscheid te maken tussen wat er feitelijk gebeurd is en hoe jij dat zelf interpreteert (we vullen zelf meer dingen in dan we denken)
  • Niet alleen te kijken naar wat er misging maar ook naar wat er goed ging
  • Niet alleen naar de nadelen te kijken maar ook naar de (kleine) voordelen
  • Jezelf het gebeuren niet onnodig persoonlijk aan te trekken
  • Jezelf niet onnodig de schuld te geven
  • Niet tegen jezelf te keer te gaan
  • Na te gaan welke behoeftes van jou door het gebeuren niet vervuld zijn (door deze onvervulde behoeftes voel jij je onprettig)
  • Andere manieren te zoeken om je onvervulde behoeftes alsnog te vervullen (hierdoor ga je eerder oplossingen en veranderingen aantrekken)
  • Ook naar je eigen aandeel in het gebeuren te kijken (dat plaatst alles meer in perspectief)
  • Het gebeuren ook door de ogen van de ander(en) te bekijken (dat neemt onnodige verwijten weg)
  • Te kijken op welke andere manieren je eveneens tegen het gebeuren aan zou kunnen kijken (daardoor krijg je meer zicht op nieuwe mogelijkheden en oplossingen)
  • Te kijken wat je van het gebeuren kunt leren
  • Te kijken welke nieuwe dingen je door dit gebeuren over jezelf te weten bent gekomen (tijdens onprettige gebeurtenissen leer je weer een hele andere kant van jezelf kennen dan tijdens prettige gebeurtenissen)
  • Te kijken in hoeverre je dit gebeuren zelf hebt aangetrokken (wat we uitstralen, bepaalt welke mensen en gebeurtenissen er op ons pad komen)

Daarnaast kun je er ook altijd nog voor kiezen hoe je in je buitenwereld gaat reageren op het gebeuren (wat je precies gaat zeggen en doen):

  • Geef je aan wat het gebeuren met je doet (hoe jij je daarbij voelt)?
  • Geef je aan waar je behoefte aan hebt?
  • Probeer je het gebeuren uit te praten?
  • Probeer je een gezamenlijke oplossing te vinden?
  • Kom je voor jezelf op?
  • Geef je jouw grenzen aan?
  • Trek je een streep “Tot hier en niet verder”?
  • Ga je dingen doen om de schade te beperken?
  • Ga je dingen doen om herhaling te voorkomen?
  • Ga je ervoor zorgen dat dit minder vaak kan gebeuren?
  • Ga je kijken wat je kunt doen om dit gebeuren de volgende keren draaglijker voor jezelf te maken?
  • Ga je met iets of iemand stoppen (bijvoorbeeld een andere afdeling, een ander bedrijf, een ander huis of een andere woonplaats)?
  • Ga je dingen op een andere manier aanpakken? Zolang je dingen op dezelfde manier blijft doen, houd je dezelfde soort resultaten en uitkomsten.
  • Ga je steun, hulp, advies of een luisterend oor zoeken bij anderen?
  • Richt jij je meer op je mogelijkheden en je kansen, in plaats van je steeds te laten weerhouden door de risico’s, gevaren en bedreigingen?

Dus je ziet het: er zijn hoogstwaarschijnlijk veel meer mogelijkheden dan je denkt als je jezelf alleen probeert te redden, en daarbij tegen onverwachte of oncomfortabele gebeurtenissen aanloopt.
En hoe meer van deze mogelijkheden je in de loop van de tijd leert te zien, hoe meer uitzicht op verandering je in dat soort situaties gaat krijgen, hoe hoopvoller en daadkrachtiger je wordt, en hoe meer vertrouwen je krijgt dat jij jezelf prima alleen kunt redden …
 

Een pijnlijke gebeurtenis is een uitnodiging om je masker af te zetten en je ware gezicht te laten zien

 

 
Als kind merkte je waarschijnlijk al gauw dat het leven niet altijd gaat zoals je wil: je kreeg en krijgt lang niet altijd de invloed, de zekerheid en de waardering die je zoekt.
Elke keer dat je niet krijgt wat je verwacht, voel je emoties die je niet wil hebben: teleurstelling, frustratie en gekwetstheid.
En om die pijn niet te hoeven voelen verborg en verberg je die pijn onbewust voor jezelf en voor de mensen om je heen: door je pijn bijvoorbeeld te onderdrukken, te ontkennen, af te zwakken, goed te praten, onbelangrijk te maken of te verdoven.

Je pijn verbergen helpt je op het moment zelf: het voorkomt dat je iets moet voelen wat je niet aankunt of waarmee je niet om weet te gaan.
Maar daarna gaat het verbergen van die pijn tegen je werken. Want elke keer dat er iets gebeurt wat je aan die vervelende gebeurtenis doet herinneren, rijt dat die oude wond weer open. En je voelt dan niet alleen de verse pijn van de nieuwe gebeurtenis, maar ook de onverwerkte pijn van de oude gebeurtenis, en van alle vergelijkbare gebeurtenissen tussen de oude en nieuwe gebeurtenis in.
Met andere woorden, in plaats van de pijn van een oude gebeurtenis te doorvoelen en los te laten, laat je die pijn in de loop van de tijd meer en meer opstapelen. Waarna je elke keer weer extra hard je best doet om die grotere opgestapelde pijn te verbergen voor jezelf en anderen. Totdat de pijnemmer zo vol is dat ie overstroomt. En meestal op een heel ongeschikt moment komt de pijn er dan alsnog uit, en voel jij je erdoor overmeesterd en overspoeld.

Door jezelf en anderen wijs te maken dat je niet of nauwelijks geraakt wordt door een pijnlijke gebeurtenis, doe je jezelf anders voor dan je bent en zet je als het ware een masker op: bijvoorbeeld een stoer, onbewogen, objectief, beleefd of vrolijk gezicht.
En zolang je dat masker draagt, blijf je onbewust bang dat iemand (zoals een nieuwe partner) toch een keer door je masker heen prikt, en de pijn ziet die eronder weggestopt zit. Want hoe vertrouwd, comfortabel en natuurlijk dit masker op den duur ook lijkt te voelen, diep in je hart weet je maar al te goed dat dit een masker en niet je ware gezicht is.

Maar het hoeft niet eindeloos zo te blijven gaan.
Zodra er weer iets vervelends gebeurt kun je er ook voor kiezen om te stoppen met het verbergen van je pijn. Om je pijn serieus te nemen en er met jezelf of een ander over te praten.
Dat voelt zeker in het begin onwennig en oncomfortabel. Maar op dat moment is het makkelijker te doen dan wanneer je er weer pijn bovenop laat stapelen van soortgelijke gebeurtenissen. En hoe goed je de pijn ook tegen probeert te houden, vroeg of laat komt die pijn er toch wel een keer uit. Op een ongecontroleerde manier, terwijl je nu de kans hebt om het op een gecontroleerde manier te laten gebeuren.

Door je masker stukje bij beetje af te zetten, en met jezelf en andere mensen te leren praten over pijnlijke gebeurtenissen, krijg je een steeds beter contact met jezelf en de mensen om je heen.
Ook helpt dit je om de pijn die je onder je masker hebt weggestopt te verwerken, een plekje te geven en los te laten. Zodat vergelijkbare gebeurtenissen je niet of nauwelijks meer zullen raken, en je meer van je vrijgezellenleven gaat genieten.
Verder raak je hierdoor je angst voor oude pijn, voor nieuwe pijn en voor het verliezen van je masker kwijt, en durf jij je steeds meer voor jezelf en andere mensen open te stellen. Zodat jij je steeds minder eenzaam voelt.
En tijdens het verwerken van je pijn ontdek je eveneens welke dingen belangrijk voor je zijn, zodat je als vrijgezel steeds makkelijker je behoeftes, wensen en dromen kunt vervullen.

Pijnlijke gebeurtenissen worden vanaf dat moment dan niet alleen maar vervelend, maar ook nuttig: ze maken je bewust van je masker en helpen je om in je eigen tempo scheurtjes in je masker te maken. Zodat je steeds meer contact krijgt met je ware gezicht, dat er onder je masker naar smacht om gezien, gehoord, erkend en begrepen te worden …
Tips voor dit alles kun je vinden in mijn gratis E-book “Van onvrede naar totale bevrediging en innerlijke vrede!”, over de 7 verdiepingen van je vrijgezellenleven.
Op de tweede verdieping leer je om je pijn steeds minder te verbergen en steeds meer toe te laten.
Op de derde verdieping ontdek je hoe je jouw pijn blijvend kunt verwerken, en hoe je alsnog de behoeftes kunt vervullen die onvervuld bleven tijdens pijnlijke gebeurtenissen.
Op de vierde verdieping leer je om je angst voor oude pijn, voor nieuwe pijn en voor het verliezen van je masker kwijt te raken.
En op de vijfde verdieping van je vrijgezellenleven kom je erachter hoe je jouw masker in je eigen tempo stap voor stap af kunt zetten.

 

Je boosheid is een onbewust signaal dat je meer invloed in je (vrijgezellen)leven wil

 

 
 
Boosheid is een emotie die in je omgeving meestal niet zo erg gewaardeerd wordt: als je bijvoorbeeld boos uitvalt naar je leidinggevende, partner, huisbaas of een winkelmedewerker dan maak je in je eigen ogen waarschijnlijk meer kapot dan je lief is.
Toch is boosheid een heel belangrijk signaal uit je binnenwereld: op de momenten dat je boos bent vind je onbewust dat je te weinig invloed hebt op jezelf, op je buitenwereld, of op jezelf én je buitenwereld.
Je wordt in je eigen ogen dan teveel beïnvloed door mensen, dingen of omstandigheden buiten je. Of door beperkingen en tekortkomingen van jezelf. Met als gevolg dat jij je kwetsbaar, onmachtig, machteloos of zelfs een slachtoffer voelt.

Je hebt te weinig invloed op jezelf (te weinig controle over jezelf). En bent er daardoor van overtuigd zijn dat je teveel beïnvloed wordt door je eigen fouten: dat je te vaak verkeerde dingen doet en dingen verkeerd doet, en daar last van hebt.
Of je vindt dat je door bemoeienis of veranderingen in je buitenwereld niet meer zelfstandig, zelfredzaam, onafhankelijk, vrij, jezelf, loyaal aan jezelf of succesvol kunt zijn.
Het kan ook zijn dat de sfeer of de reacties in jouw buitenwereld altijd bepalen hoe jij je voelt. En zodra iemand in jouw ogen de sfeer verpest of verkeerd reageert, vind je dat hij of zij niet alleen onrust in jouw buitenwereld veroorzaakt maar ook nog eens onrust in jouw binnenwereld.

Onbewust maken deze dingen je boos.
En als reactie daarop probeer je onbewust nog meer controle over jezelf en/of je omgeving te krijgen.
Door nog strenger naar jezelf te worden.
Door je omgeving nog duidelijker te maken dat er niet met je te sollen valt, en dat jij je door niets en niemand tegen laat houden.
Door nog meer het goede voorbeeld te geven, in de hoop dat anderen je voorbeeld zullen volgen.
Of door heel subtiel de dingen nog meer naar je hand te zetten.

Je boosheid is een onbewuste noodkreet naar jezelf toe: “Ik word nu teveel beïnvloed en wil meer invloed hebben!”.
Onderdruk of negeer je die boosheid, dan onderdruk of negeer je een belangrijke behoefte van jezelf.
Dat wil niet zeggen dat je dan maar in woede moet uitbarsten. Dat je een heel offensief moet starten om jezelf en/of je omgeving alsnog naar je pijpen te laten dansen. Of dat jij je buitenwereld op een andere manier moet opzadelen met je eigen boosheid. Want op die manier kun je inderdaad meer kapot maken dan je lief is.
Het is genoeg om in je binnenwereld je boosheid aan jezelf toe te geven. En om deze boosheid serieus te nemen en er met jezelf over te praten.
Je boosheid is namelijk een onvervulde behoefte in je binnenwereld en niet in je buitenwereld. En een gevolg van je eigen norm in je eigen binnenwereld over jezelf of je buitenwereld. Hoe eerder je iets met je boosheid doet, hoe minder die boosheid opkropt, opstapelt en tot ontploffing kan komen.
Met andere woorden: Doe lief tegen jezelf, als er in jouw ogen iets kapot is aan jou of je buitenwereld …

 

Hoe je onprettige emoties op een prettige manier kunt toelaten

 

 
 
Als vrijgezel krijg je eens in de zoveel tijd slecht nieuws voor je kiezen.
Nieuws dat meteen onprettige emoties in je losmaakt zodra je het hoort: verdriet, teleurstelling, woede, machteloosheid, verbijstering of iets anders.
En die losgemaakte emoties kunnen zo sterk zijn, dat negeren niet meer helpt. Er blijft dan niets anders meer over dan ze serieus te nemen en toe te laten.
Zo’n moment had ik afgelopen donderdag. Toen hoorde ik na een drukke werkdag dat een dierbaar iemand met spoed opgenomen was in het ziekenhuis.

Op het toelaten van onprettige emoties zit jij waarschijnlijk net als ik niet echt te wachten.
Maar dat je die emoties onprettig vindt, betekent niet automatisch dat het toelaten ervan ook onprettig hoeft te zijn.
Zoals ik de afgelopen dagen zelf nog eens extra merkte.

Als je dan toch ergens je onprettige emoties toe gaat laten, dan kun je dat net zo goed doen op een plek waar jij je prettig en op je gemak voelt. En waar je door niemand gestoord kan worden.
Voor mij is dat meestal mijn gezellige woonkamer, met de luxaflex dicht en mijn mobieltje uit of op stil.
Kijk zodra je een fijne plek hebt gevonden, wat jou verder kan helpen om het toelaten van je emoties prettiger te maken. Zet bijvoorbeeld een bijpassend muziekje op, steek een kaars of wierookstokje aan, pak iets lekkers uit je (koel)kast (zoals een zak chips of een pak koekjes), of ga gezellig bij je huisdier zitten (als je geen woede voelt).
Je mag jezelf namelijk best weleens belonen dat je bereid bent om je onprettige emoties toe te laten!
En laat dan je emoties maar komen …

 

Schep orde in de chaos van je emoties

 

 
 
Een groot deel van mijn leven wist ik niet wat ik met mijn emoties aan moest.
Ze konden me ineens, onverwachts en op een ongelegen moment, overvallen. En soms waren ze zo heftig dat ik me overspoeld voelde, of er verstrikt in raakte.
Meestal had ik geen idee wat ik precies voelde. Ik voelde wel iets, maar kon dat niet precies thuisbrengen. Of ik voelde verschillende emoties door elkaar heen, waardoor ik er helemaal geen wijs meer uit kon worden.

In de loop van de tijd is het met vallen en opstaan gelukkig steeds makkelijker geworden om orde te scheppen in die chaotische emoties. Zodat ik meer overzicht heb wat er in mijn gevoelswereld gaande is, en me beter staande kan houden op de momenten dat mijn emoties de kop opsteken. En dat maakt mijn vrijgezellenleven een stuk fijner!

Weet ik niet precies wat ik voel, dan kijk ik eerst alleen welke van de volgende 2 hoofdemoties het is: tevredenheid of ontevredenheid. Ook met mijn gebrekkige ervaring met emoties van destijds kon ik dat onderscheid maken.
Onder tevredenheid zit altijd de basisemotie “Blijheid”.
En onder ontevredenheid bleken tot mijn geruststelling uiteindelijk maar maximaal drie basisemoties te zitten: Bangheid, Boosheid en Bedroefdheid.
In totaal zijn er dus maar 4 Basisemoties: Blijheid, Bangheid, Boosheid en Bedroefdheid. Net als het woord “Basisemotie” beginnen ze allemaal met de letter ‘b’. En dat maakt het al een stuk overzichtelijker. Voel ik nu meerdere emoties door elkaar, dan hoef ik alleen nog maar te kijken welke van de 4 basisemoties ik voel.

Verder ontdekte ik dat elke basisemotie maar 1 oorzaak heeft. En dat ik daardoor een stuk makkelijker kan achterhalen waarover ik ontevreden ben.
Bangheid (bezorgdheid, ongerustheid, twijfel, angst of onzekerheid) is een signaal dat je geen zekerheid hebt over wat er gaat gebeuren, of over wat je moet zeggen of doen.
Boosheid is een signaal dat je in je eigen ogen te weinig invloed hebt of had op jezelf, andere mensen, je omgeving of een situatie.
En bedroefdheid is meestal een signaal dat je van jezelf, van mensen of van dieren niet (meer) de aandacht, de liefde, erkenning of waardering krijgt die je graag wil hebben. En in ieder geval een signaal dat je iets of iemand mist.
Als je bang bent, dan is dat voor iets of iemand in de toekomst. Als je verdrietig bent, dat is dat over iets of iemand in het verleden. En als je boos bent, dan is dat op iets of iemand in het heden of in het verleden.
Ben ik bang, dan weet ik dat ik niet boos en niet verdrietig ben. Als iets nog niet gebeurd is, kun je er namelijk nog niet boos op zijn of verdrietig over zijn.
Als ik boos ben op iets of iemand in het verleden, dan weet ik dat daar vaak ook een stukje verdriet onder verscholen zit: over datgene wat ik destijds graag had willen ervaren en toen ben misgelopen.
En als ik verdrietig ben over iets of iemand die ik mis, dan weet ik dat daar vaak ook een stukje boosheid onder zit: op datgene wat er in mijn ogen voor gezorgd heeft dat ik dat iets of die iemand kwijtgeraakt ben …

 

Hoe praat jij met jezelf?

 

 
 
De blog Wat voor soort vrijgezel ben jij? gaf jou een indicatie welk soort vrijgezel jij weleens zou kunnen zijn.
Nu je dit weet, heb je meteen een indicatie hoe jij met jezelf praat.
En hoe je met jezelf praat, is hoofdwaarschijnlijk ook hoe je met de mensen om je heen praat.

Welke manier van praten hieronder herken jij het meest?
En past deze manier bij de soort vrijgezel waarop jij in Wat voor soort vrijgezel ben jij? bent uitgekomen?
Weetjes over met jezelf praten kun je vinden op: Weetjes over: Bij jezelf terecht kunnen

 

Vrijgezel 1:

Ik praat met mezelf vooral over dingen die moeten, juist zijn en horen. En over de dingen die ik in mijn ogen fout of verkeerd heb gedaan. Voor ideeën van mezelf om dingen nog beter te doen en te zeggen, sta ik erg open.
In gesprekken met mezelf let ik continu goed op of ik wel de juiste dingen zeg op de juiste manier.
Over alles en iedereen heb ik instinctief een mening (meestal een oordeel). Omdat elke mening van mij in mijn ogen de waarheid is, sta ik mezelf niet toe om te onderzoeken of mijn meningen wel echt kloppen.
Ik geef mezelf ook niet de ruimte om te praten over plezierige dingen die ik graag zou willen.

 

Vrijgezel 2:

Ik praat met mezelf vooral over wat andere mensen nodig hebben, en over wat ik hen kan bieden. Ook kijk ik regelmatig terug hoeveel of hoe weinig verschil ik voor andere mensen gemaakt heb.
Mijn eigen behoeftes komen niet of nauwelijks aan bod.

 

Vrijgezel 3:

Ik praat met mezelf vooral over de successen die ik behaald heb, en over manieren waarop ik nieuwe successen kan behalen.
Ik praat niet langer dan nodig is met mezelf, zodat ik snel weer dingen kan doen.
Voor mijn twijfels of ik wel echt zo succesvol was, is geen ruimte. Ook over de keren dat ik gefaald heb wil ik het niet met mezelf hebben.
Verder komen dingen waarmee ik niet kan scoren (zoals dingen die mij alleen plezier opleveren) niet of nauwelijks aan bod.

 

Vrijgezel 4:

Ik praat met mezelf vooral over mijn intense gevoelens, en over de verschillen tussen mijzelf en andere mensen.
Hierbij laat ik me leiden door mijn gevoelens, zodat ik tijdens het praten met mezelf door hoge pieken en diepe dalen heenga.
Dingen die geen intense gevoelens bij mij oproepen komen niet of nauwelijks aan bod.

 

Vrijgezel 5:

Ik praat met mezelf vooral over dingen die ik nog niet weet, en die ik wel moet weten om me zelfstandig te kunnen redden.
Hierbij richt ik me op concrete, tastbare en waarneembare gespreksonderwerpen, en blijf ik continu objectief en neutraal.
Subjectieve dingen zoals gevoelens en meningen zonder onderbouwing komen niet of nauwelijks aan bod.

 

Vrijgezel 6:

Ik praat met mezelf vooral over de risico’s, gevaren en bedreigingen waar ik tegenaan zou kunnen lopen.
In gesprekken met mijzelf trek ik mezelf continu in twijfel.
Mogelijkheden en plezierige dingen komen niet of nauwelijks aan bod.

 

Vrijgezel 7:

Ik praat met mezelf vooral over de leuke dingen die ik nog wil gaan ervaren.
Terwijl ik nog met mezelf over een onderwerp aan het praten ben, stap ik regelmatig weer over op een (nog) leuker onderwerp. Ook neem ik mezelf niet al te serieus in gesprekken met mezelf.
Beperkingen, verplichtingen, saaie dingen en pijnlijke dingen komen niet of nauwelijks aan bod.

 

Vrijgezel 8:

Ik praat met mezelf vooral over dingen die me energie en kracht geven.
Als ik merk dat een gespreksonderwerp mij raakt of op een andere manier beïnvloedt, ontken ik dat het wat met me doet. Daarna richt ik me meteen op een ander onderwerp dat me energie geeft in plaats van kost.
Mijn kwetsbaarheden en zwaktes komen niet of nauwelijks aan bod.

 

Vrijgezel 9:

Ik praat nauwelijks met mezelf: mezelf, andere mensen, dingen en situaties maak ik namelijk niet gauw belangrijk.
Als ik toch met mezelf over dingen praat, dan gaat het vooral over dingen waar de mensen om mij heen tevreden over zijn. En eventueel over dingen waar ikzelf tevreden over ben en die me een rustig gevoel geven.
Mijn meningen en behoeftes komen niet of nauwelijks aan bod.

 

8 stappen om belemmerende overtuigingen bij te stellen

 

 
 
In mijn blog 5 stappen om met moeilijke momenten om te gaan schreef ik dat je na kunt gaan welke meningen jij over een moeilijke situatie hebt, en dat je al jouw meningen bij kunt stellen die jouw moeilijke moment fijner kunnen maken.
Hier is een stappenplan om jou daarbij te helpen.
Zodra je op de stappen klikt die jou aanspreken, kun je zien hoe je ze uit kunt voeren …

 

Stap 1: Zet jouw overtuiging in de vorm 'als ..., dan ...'

Stel dat je de volgende overtuiging hebt: “Vanaf een bepaalde leeftijd vind ik geen geschikte partner meer”.
Dan kun je die in de volgende vorm zetten: “Als ik een bepaalde leeftijd bereikt heb, dan vind ik geen geschikte partner meer”. Hierdoor lijkt (en ik zeg met nadruk: lijkt) het een oorzaak met een gevolg.
Door jouw overtuiging in deze vorm te zetten, geef jij jezelf ineens twee mogelijkheden om jouw overtuiging bij te stellen: het stukje vanaf “dan” (bijvoorbeeld: “Als ik een bepaalde leeftijd bereikt heb, dan heb ik nog evenveel kans om een geschikte partner te vinden“) of het stukje vóór “dan” (bijvoorbeeld: “Als ik zelf de moed opgeef, dan vind ik geen geschikte partner meer”).

 

Stap 2: Maak jouw overtuiging zwartwit ...

De overtuiging “Als ik een bepaalde leeftijd bereikt heb, dan is er een kans dat ik geen geschikte partner meer vind” kun je veranderen in: “Als ik een bepaalde leeftijd bereikt heb, dan vind ik geen geschikte partner meer”. Of om ‘m nog duidelijker te maken in: “Als ik een bepaalde leeftijd bereikt heb, dan vind ik nooit meer een geschikte partner”.
Met “is er een kans” houd je nog een slag om de arm, terwijl een onbewuste overtuiging altijd zwartwit is. In een onbewuste overtuiging staan woorden als altijd, nooit, alles, niets, iedereen en niemand.
Als jij de neiging hebt om met jouw verstand (dus bewust) nuances aan te brengen, zoals vaak, soms, sommige dingen, veel dingen, sommige mensen of veel mensen, dan ben jij waarschijnlijk al wat aan het twijfelen of deze overtuiging wel klopt.

 

Stap 3: Zet jouw overtuiging in de je-vorm ...

In de overtuiging “Als ik een bepaalde leeftijd bereikt heb, dan vind ik nooit meer een geschikte partner” staat 2x het woord “ik”.
Deze overtuiging kun je vervangen door: “Als je een bepaalde leeftijd bereikt hebt, dan vind je nooit meer een geschikte partner”.
Een onbewuste overtuiging is iets wat in onze ogen voor alle mensen geldt. Onbewust gaan we er namelijk vanuit dat onze eigen waarheid (waar deze overtuiging een onderdeel van is, en waar we zo onze redenen voor hebben) “de waarheid” is.
Als jij jezelf er op betrapt dat je met jouw verstand het woord “je” wilt vervangen door “ik”, dan schrik je waarschijnlijk van het idee dat jij jouw eigen waarheid onbewust als “de waarheid” voor iedereen ziet.

 

Stap 4: Onderzoek welke basisbehoefte jij graag wilt vervullen met jouw overtuiging ...

Zoals ik in mijn blog De sleutel èn oplossing voor elk moeilijk moment: jouw verborgen basisbehoefte vertelde, ben jij onbewust de hele dag door jouw basisbehoefte aan het vervullen.
Deze basisbehoefte is het allerbelangrijkste in jouw leven en onbewust heb je behoefte aan een houvast hoe jij deze basisbehoefte elk moment van de dag kunt vervullen. Daarom kies jij onbewust een groepje overtuigingen uit (jouw eigen waarheid) dat jou het beste kan helpen bij het vervullen van jouw basisbehoefte.

Ook de overtuiging die jij op dit moment wilt bijstellen, helpt jou op een of andere manier dus om jouw basisbehoefte te vervullen.
De overtuiging “Als je een bepaalde leeftijd bereikt hebt, dan vind je nooit meer een geschikte partner” kan jou als vrijgezel 7 bijvoorbeeld helpen om de pijn te verzachten dat je nog steeds geen geschikte partner gevonden hebt na alle tijd die jij erin gestopt hebt.
Als vrijgezel 4 kun jij juist voor deze overtuiging kiezen omdat een onbereikbare partner jouw meer intense gevoelens geeft dan een partner die binnen handbereik is.
Als vrijgezel 5 heb jij in jouw ogen misschien onweerlegbare feiten gevonden (zoals betrouwbare onderzoeken) die erop wijzen dat deze overtuiging waar is.
En deze overtuiging kan jou als vrijgezel 9 helpen om niet in beweging te hoeven komen en om zo de rust te bewaren.

Welk soort vrijgezel jij weleens zou kunnen zijn en wat jouw basisbehoefte dan is, kun je opzoeken in mijn blog 9 soorten vrijgezellen.
Welk moeilijk moment jij wellicht probeert te voorkomen met de overtuiging die je wilt bijstellen, kun je bekijken in mijn blog 9 soorten moeilijke momenten.

 

Stap 5: Zie eerlijk de voordelen en nadelen van jouw overtuiging onder ogen ...

De overtuiging die jij nu wilt bijstellen heeft zo z’n voordelen, want anders had jij er onbewust nooit voor gekozen.
We zagen al dat deze overtuiging jou in je leven geholpen heeft om jouw basisbehoefte te vervullen en dat deze jou een stuk houvast heeft gegeven.
Als jij er even goed voor gaat zitten, zul je ontdekken dat deze overtuiging jou diverse praktische voordelen oplevert die met jouw basisbehoefte te maken hebben.
De overtuiging “Als je een bepaalde leeftijd bereikt hebt, dan vind je nooit meer een geschikte partner” kan bijvoorbeeld de volgende voordelen hebben: dat jij geen initiatief hoeft te nemen, geen kans loopt op blauwtjes, niet steeds op zoek bent naar een mogelijke partner, de gelegenheid hebt om een betere relatie met jezelf op te bouwen, meer in je gevoel zit, of niet onder ogen hoeft te zien wat jouw tekortkomingen zijn bij het vinden van een partner.

Tegelijkertijd wil jij deze overtuiging graag bijstellen, en ben jij dus blijkbaar ook tot de ontdekking gekomen dat deze overtuiging een aantal praktische nadelen heeft.
De overtuiging “Als je een bepaalde leeftijd bereikt hebt, dan vind je nooit meer een geschikte partner” kan bijvoorbeeld de volgende nadelen hebben: dat jij niet de relatie kunt aangaan waar jij naar verlangt, dat jij jouw creativiteit bij het vinden van een partner niet de vrije loop kunt laten, dat jij ontmoetingen met andere mensen misloopt, en dat jij jouw geluk afhankelijk maakt van jouw omgeving (je zou bijvoorbeeld ook een andere omgeving kunnen zoeken).

Ik nodig jou van harte uit om eens eerlijk alle voordelen en nadelen op een rijtje te zetten van de overtuiging die jij graag wilt bijstellen.
Alleen als jij oprecht tot de conclusie komt dat de nadelen van jouw overtuiging groter zijn dan de voordelen, heb jij de mogelijkheid om jouw overtuiging bij te stellen.
Anders word je namelijk steeds weer in verleiding gebracht door de lonkende voordelen en verval je elke keer weer in jouw oude gedrag.

 

Stap 6: Probeer de gebeurtenissen onder ogen te zien die in strijd zijn met jouw overtuiging ...

Al jouw overtuigingen samen vormen jouw eigen waarheid, en jouw eigen waarheid geeft jou het houvast dat jij in je leven nodig hebt èn de meeste kans dat jouw basisbehoefte vervuld zal worden.
Alle gebeurtenissen die erop wijzen dat jouw overtuigingen niet kloppen, zijn dan ook onbewust een bedreiging voor jou. Door open te staan voor deze gebeurtenissen kun jij namelijk aan jouw eigen overtuigingen gaan twijelen, en raak je het houvast kwijt dat jij tot dan toe had. Ook voel jij er onbewust niets voor om jouw overtuigingen te veranderen, omdat je dan het risico loopt dat jij met jouw nieuwe overtuigingen minder vaak jouw basisbehoefte zult vervullen.

Doordat jij onbewust alle gebeurtenissen negeert die in strijd zijn met jouw overtuigingen, vallen jou alleen de gebeurtenissen op die jouw overtuigingen bevestigen.
Vervolgens draai je de situatie misschien om door te zeggen dat jij deze overtuigingen alleen maar gelooft omdat jij in de realiteit steeds weer het bewijs ziet dat deze overtuigingen kloppen.
Wellicht maakt het volgende voorbeeld dit iets duidelijker:
Stel dat rood in jouw ogen veruit de allermooiste kleur is die er maar te vinden is. Dan kun jij er onbewust van uitgaan dat de meeste mensen wel een rode jas zullen hebben, want per slot van rekening is er geen mooiere kleur te vinden. Elke keer dat jij op straat loopt, vallen jou alleen de mensen op die in een rode jas rondlopen, en elke keer dat jij weer thuis bent zeg jij onbewust tegen jezelf: “Zie je wel de meeste mensen die ik vandaag zag, lopen in een rode jas rond”. En als iemand jou vervolgens vraagt “Waarom denk jij eigenlijk dat de meeste mensen een rode jas hebben?”, antwoord jij: “Omdat ik op straat gewoon elke keer zie dat de meeste mensen in een rode jas rondlopen” …

Zolang jij nog steeds denkt dat de overtuiging die je wilt bijstellen een feit is en geen mening, lukt het niet om deze overtuiging bij te stellen. Een feit (zoals: “Als ik zonder paraplu en regenkleding in de regen loop, dan word ik nat.”) is namelijk altijd waar en kan dus niet bijgesteld worden zonder de waarheid geweld aan te doen. En zolang jij de dingen op dezelfde manier blijft doen en zeggen als je tot nu toe gedaan hebt, zul jij jouw overtuiging elke keer weer bevestigd zien.
In deze stap nodig ik jou uit om dit patroon te doorbreken.
Kijk eens welke dingen jij kunt zeggen en doen om ervoor te zorgen dat jou ook de gebeurtenissen gaan opvallen die in strijd zijn met jouw overtuiging. Bijvoorbeeld hoe jij er in het bovenstaande voorbeeld voor kunt zorgen dat jou ook de blauwe, grijze, groene, bruine en zwarte jassen opvallen van de mensen om je heen.
Elke keer dat jij een bewijs in jouw omgeving ziet dat jouw overtuiging niet altijd klopt, word jij jezelf er weer van bewust dat jouw overtuiging een mening is en geen feit. En dat maakt het makkelijker voor je om jouw overtuiging bij te stellen.

 

Stap 7: Kies een nieuwe overtuiging die bij jou past en waar jij achter staat ...

Kijk hoe jij jouw overtuiging bij wilt stellen: alleen het stukje vanaf “dan” (bijvoorbeeld: “Als je een bepaalde leeftijd bereikt heb, dan heb je nog evenveel kans om een geschikte partner te vinden“) of alleen het stukje vóór “dan” (bijvoorbeeld: “Als je zelf de moed opgeeft, dan vind je geen geschikte partner meer”).

Zorg ervoor dat jouw nieuwe overtuiging ook zwartwit is en woorden gebruikt zoals altijd, nooit, alles, niets, iedereen en niemand.
De nieuwe overtuiging “Als je een bepaalde leeftijd bereikt hebt, dan is er misschien soms wel eens een klein kansje dat je een geschikte partner tegenkomt” is namelijk lang niet krachtig genoeg 4om jouw leven in positieve zin te veranderen 😉
Kies in plaats daarvan een nieuwe overtuiging die in jouw ogen wel altijd geldt, zoals: “Als je een bepaalde leeftijd bereikt hebt, dan heb je altijd de mogelijkheid om met mannen/vrouwen te praten voor wie je vroeger te jong was”.

Let er verder op dat jouw nieuwe overtuiging ook weer in de je-vorm staat.
Controleer daarnaast even of deze nieuwe overtuiging je wel echt kan helpen om jouw basisbehoefte te vervullen, want anders zul je ‘m binnen de kortste keren weer overboord gooien.
Stel dat je bijvoorbeeld wilt kiezen voor de nieuwe overtuiging “Als je een bepaalde leeftijd bereikt hebt, dan kan je jouw normen altijd net zo lang naar beneden bijstellen totdat je een geschikte partner vindt”. Dan kun je hier helemaal niets mee als jij als vrijgezel 1 de hele dag door bezig bent om jezelf en je omgeving zoveel mogelijk aan jouw eigen normen te laten voldoen.

 

Stap 8: Verduur het ongemak en pluk jouw vruchten ...

Het zou natuurlijk heerlijk zijn als jij jouw bijgestelde overtuiging vanaf nu in alle situaties van jouw leven meteen vlekkeloos kon toepassen.
Maar zoals je waarschijnlijk wel een beetje zult vermoeden, is het niet erg realistisch om dat van jezelf te verwachten 😉
Jouw oude overtuiging heeft namelijk een groot deel van je leven (en misschien zelfs wel jouw hele leven!) de tijd gekregen om in te slijten en om haar stempel te drukken op al jouw woorden, daden en beslissingen.
Het kost daarom ook weer even tijd voordat jouw nieuwe overtuiging ingesleten is, en doorwerkt in al jouw woorden, daden en beslissingen.

Wees dankbaar voor elk moment dat jij achteraf gezien beseft dat je anders met een gebeurenis om had kunnen gaan. En voor elk moment dat jij even vanuit jouw nieuwe overtuiging reageert en niet vanuit jouw oude overtuiging.
Verduur tegelijkertijd elk moment dat het even niet lukt om vanuit jouw nieuwe overtuiging te reageren. Deze momenten zullen namelijk steeds minder vaak voorkomen en steeds korter duren. Want jouw nieuwe overtuiging is al stilletjes op de achtergrond bezig om steeds meer in te slijten in jouw dagelijkse leven …

 

Weetjes over: Bij jezelf terecht kunnen

 

     

  1. Je bent altijd en overal in jouw eigen gezelschap en kunt nooit aan jezelf ontsnappen.
    Dat betekent dat je dus op elk moment van de dag bij jezelf terecht kunt!
  2.  

  3. Je bent de enige die al jouw geheimen kent.
    Je bent dus ook de enige persoon met wie je over je geheimen kunt praten!
  4.  

  5. Met andere mensen kun je vaak alleen achteraf over een gebeurtenis praten.
    Met jezelf kun je altijd op het moment zelf over een gebeurtenis praten.
  6.  

  7. Als je dingen eerst met jezelf doorspreekt, kun je ze daarna veel duidelijker onder woorden brengen bij anderen.
  8.  

  9. Je kent jezelf over het algemeen beter dan andere mensen jou kennen.
    Als je met jezelf praat, kun je dan ook veel eerder tot de kern komen: je hoeft minder uit te leggen en jezelf minder te verdedigen of te verantwoorden.
  10.  

  11. Als je met jezelf praat kun je de dingen helemaal (ongecensureerd) zeggen zoals je zelf wilt. Er is namelijk niemand anders die jou hoort!
  12.  

  13. Op de momenten dat je met jezelf praat, krijg je geen feedback van andere mensen. Daardoor loop je het risico dat je vast komt te zitten en verstrikt raakt in jouw eigen zienswijze/belevingswereld. Dit kun je voorkomen door tijdens het praten met jezelf goed naar je intuïtie te luisteren: jouw intuïtie kan je kanten laten zien of inzichten geven waar je zelf niet (gauw) op zou komen!
  14.  

  15. Hoe je met jezelf praat, hangt in mijn ogen af van de soort vrijgezel die je bent. Kijk voor meer info op: Hoe praat jij met jezelf?.

 

5 stappen om met moeilijke momenten om te gaan

 

 
 
Als jij even een moeilijk moment hebt, dan kun je (ongeacht de soort vrijgezel die jij bent!) de volgende stappen zetten om ermee om te gaan:

 

Stap 1:

Geef aan jezelf toe dat dit moment moeilijk voor jou is. En neem even de tijd om bij jouw gevoelens stil te staan voordat jij in actie komt …

Onbewust heb je een vaste manier om met moeilijke momenten (en moeilijke gevoelens!) om te gaan (zie mijn blog 9 soorten omgang met moeilijke momenten).
Om bij jouw gevoelens te komen, kan het nodig zijn om deze vaste gewoonte van jezelf te doorzien en te doorbreken.

 

Stap 2:

Zoek uit welke situatie jij op dit moment moeilijk vindt …

Beschrijf deze situatie feitelijk, door jezelf of een ander (in gedachten) te vertellen wat jij in die situatie precies zag en hoorde.
Dit dwingt je om jouw ontevredenheid even kort naar de achtergrond te schuiven, en om te kijken wat er objectief gezien nou eigenlijk precies gebeurd is.
Door de gevoelens die je nu hebt kan dit in het begin even moeilijk zijn. Maar als je doorzet, wordt het steeds helderder voor jezelf wat er precies gebeurd is.
Ook kan het jou in de loop van deze stap ineens duidelijk worden dat er objectief gezien toch iets minder ergs of iets anders gebeurd is dan je eerst dacht.

 

Stap 3:

Ga na welke gedachtes jij in die moeilijke situatie over jezelf hebt, en kijk bij elke gedachte of dit een mening of een feit is …

Dit kun je doen door tegen jezelf te zeggen “Als ik in die situatie zit, dan … ik …”, en te kijken welke gedachtes er daarna in jou opborrelen. Bijvoorbeeld: “Dan kan ik (niet) …”, “Dan ben ik (niet) …” of “Dan heb ik (niet/geen) …”. Daarbij helpt het erg om te weten welk soort vrijgezel jij bent (zie mijn blog Wat voor soort vrijgezel ben jij?).
Wees je hierbij bewust dat meningen voor jou zo bekend, vanzelfsprekend en vertrouwd kunnen zijn, dat je er automatisch vanuit gaat dat ze waar (en dus een feit) zijn.
Een feit is iets wat voor iedereen in die situatie waar is: bijvoorbeeld “Het regent” of “Ik zag een auto”. Als je dus iemand kunt bedenken die het niet met jouw gedachte eens is, dan is het een mening en geen feit.
Kijk niet raar op als je na verloop van tijd tot de conclusie komt dat er in jouw gedachtewereld maar bar weinig feiten te vinden zijn 😉 .

 

Stap 4:

Onderzoek wat deze situatie zo moeilijk voor jou maakt …

In wat voor soort moeilijke situatie zit jij nu (zie mijn blog 9 soorten moeilijke momenten)?
Welke verlangens, wensen en behoeftes van jou worden er nu niet vervuld (zie mijn blog De oorzaak van elk moeilijk moment: jouw innerlijke verlanglijst)?
En welke basisbehoefte van jou wordt er nu niet vervuld in deze situatie (zie mijn blog De sleutel èn oplossing voor elk moeilijk moment: jouw verborgen basisbehoefte)?

 

Stap 5:

Onderzoek of jouw meningen over deze moeilijke situatie uit stap 3 echt zo waar zijn als je altijd (onbewust) hebt aangenomen. En stel al jouw meningen over deze situatie bij die dit moeilijke moment minder moeilijk voor jou kunnen maken …

Een onprettige situatie is namelijk niet altijd (door jou) te veranderen. Maar jouw eigen overtuigingen over deze situatie wel!
Kijk welke gedachtes jou in de weg zitten om jouw basisbehoefte op een andere manier te vervullen dan jij tot dusver geprobeerd hebt. Of door welke gedachtes jij niet kunt verdragen dat jouw basisbehoefte (op dit moment nog even) niet vervuld is.
Door deze gedachtes bij te stellen, ga jij automatisch anders tegen deze situatie én tegen soortgelijke situaties aankijken. En daardoor worden in één keer verschillende situaties tegelijk minder moeilijk voor jou!
Een stappenplan hiervoor is te vinden in mijn blog 8 stappen om belemmerende overtuigingen bij te stellen.

In welke opzichten kunnen deze stappen jou wel en niet helpen?
Wat zijn jouw ervaringen tot nu toe met deze stappen?
En voor welk moeilijk moment zou jij hieronder het 5-stappenplan kunnen uitwerken?